H4 Schrijven - Je mening opschrijven

Nederlands 12-5
Wat gaan we doen deze les?
  1. Opstarten + controleren aanwezigheid
  2. Uitlegfilmpje 'je mening opschrijven'
  3. Opdracht via Lessonup
  4. Opdracht uit het boek
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Nederlands 12-5
Wat gaan we doen deze les?
  1. Opstarten + controleren aanwezigheid
  2. Uitlegfilmpje 'je mening opschrijven'
  3. Opdracht via Lessonup
  4. Opdracht uit het boek

Slide 1 - Diapositive


A

Slide 2 - Quiz

nederlands

Slide 3 - Carte mentale

Je mening opschrijven
Aan het eind van de les kan jij je mening over een bepaald onderwerp geven en kan je je mening aansterken met argumenten en voorbeelden.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Lien

Belangrijke dingen
  1. Je mening is iets wat jij vindt. Een mening kan je niet controleren.
  2. Je mening start je met: 'ik vind', 'ik denk' of 'volgens mij'
  3. Met een argument leg je je mening uit.
  4. Een argument start je met 'want' of 'doordat' 
  5. Met een voorbeeld leg je je argument uit. Je geeft je argument extra kracht. 

  • Ik vind dat corona stom is, want veel mensen worden ziek. Mijn buurman is bijvoorbeeld ziek.  

Slide 6 - Diapositive

Even checken
  • Je gaat zo eerst de lesopdracht via Lessonup maken. Weet je iets niet? Gebruik je boek!

  • Klaar met de lesopdracht? Maak dan de volgende opdrachten uit je boek:
Basis: hoofdstuk 4 schrijven: opdracht 1 t/m 3 + 5 op blz. 134 t/m 136 
Kader: hoofdstuk 4 schrijven: startopdracht + opdracht 1 t/m 3 op blz. 96&97

  • Ben je klaar met de opdrachten? Stuur een foto van je werk naar mij in Teams.

Slide 7 - Diapositive

Met welke drie woorden kan je je mening starten? Ik...

Slide 8 - Question ouverte

Met welke woorden kan je je argument beginnen?

Slide 9 - Question ouverte

Met welk doel geef je je mening?
A
Om mensen te overtuigen.
B
Om mensen te informeren.
C
Om mensen over te halen iets te doen
D
Om mensen te amuseren/vermaken.

Slide 10 - Quiz

Dilemma, je moet kiezen! Geef je keuze door en geef daarbij je mening met een voorbeeld.

Slide 11 - Question ouverte

En nu... 
Nu ga je aan de slag met de opdrachten uit het boek. 
Basis: hoofdstuk 4 schrijven: opdracht 1 t/m 3 + 5 op blz. 134 t/m 136  
Kader: hoofdstuk 4 schrijven: startopdracht + opdracht 1 t/m 3 op blz. 96&97

Zorg dat je je opdrachten afhebt voor de volgende les. Ben je klaar? Stuur een foto van je werk naar mij via Teams. 

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive