unit 1

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Good luck !

pronouns

Personal Pronouns

I

You

She

We

You

They

He

It

Jij/je

Wij/we

Zij/ze

Ik

Jullie

Hij

Zij

Het

Wat zijn personal pronouns?

1. Voornaamwoorden
2. Zelfstandig naamwoorden
3. Lidwoorden
4. Voorzetsels

Maak deze zin af:
Personal pronouns...

1. vertellen iets over de uitspraak van woorden
2. verwijzen naar mensen dieren of dingen
3. verwijzen nooit naar dieren of dingen
4. gebruik je om bezit aan te geven

Personal pronouns

(Jullie) are young.

1. He
2. It
3. You
4. They

Personal pronouns

(ik) _____ am young.

1. I
2. You
3. He
4. They

personal pronoun:
... is cold outside.

1. He
2. We
3. She
4. It

I understand the personal pronouns

😒🙁😐🙂😃

To be

''zijn''

EEN VORM VAN TO BE 

GEEN VORM VAN TO BE

I am

They have

He is

We were

We do

You are

She has

De vormen van 'to be'. Hoe zat het ook alweer? 

Sleep het persoonlijke voornaamwoord naar de juiste vorm van 'to be'. 

am

are

is

I

you

you(mv)

he

she

they

we

it

(You / to be) okay?

Maak de ontkenning met 'to be':
She ...... (to be) happy.

I.........happy to be here.(to be)

Maak de ontkenning met 'to be'.
John and I ..... (to be) a couple.

write a negative 'to be':
(-) they ...... (to be) very helpful.

I can use ''to be'' correctly in a sentence.

😒🙁😐🙂😃

numbers

22

16

28

2

4

15

11

I can write the numbers 0-30 in English

yes

a little bit

no

words

gebouw

klasgenoot

vak

verpleegster

verhaal

slim

kantine

Ik ben dertien jaar.

Ik heb twee zussen.

waar kom je vandaan?

Leuk om je te ontmoeten.

Hij is erg grappig.

I know the words and sentences of unit 1

😒🙁😐🙂😃

Done?

check your answers when they are ready.

finish all of unit 1

(grammar, words, phrases)