Op 1 januari liep Martine naar binnen en voelde dat het in de woonkamer warm was. Haar broertje kwam net onder de douche vandaan en vond het in woonkamer juist koud. Hoe kan dat?
Slide 4 - Question ouverte
Temperatuur meten
graden Celsius, °C (Europa)
graden Kelvin, K (wetenschap)
graden Farenheit, °F (Amerika)
Slide 5 - Diapositive
Celsius schaal
Anders Celsius
stelde in 1742 de eerste versie van deze schaal voor
(met 0° en 100° verwisseld)
Celcius (1701-1744, Zweden)
Slide 6 - Diapositive
De truc van Celcius
0 °C is de temperatuur waarbij water bevriest.
100 °C is de temperatuur waarbij water kookt.
Slide 7 - Diapositive
Graden Kelvin
0 Kelvin = als alle atomen volledig stilstaan
Slide 8 - Diapositive
Celsius en Kelvin
graden Celsius =
graden Kelvin - 273
graden Kelvin = graden Celsius + 273
Slide 9 - Diapositive
1 graad Celsius = .... graden Kelvin
A
271
B
274
C
-271
D
- 272
Slide 10 - Quiz
wat is 20 graden Celsius in graden Kelvin?
A
20 K
B
273 K
C
293 K
D
253 K
Slide 11 - Quiz
100 graden Celsius =
A
0 K
B
100 K
C
273 K
D
373 K
Slide 12 - Quiz
Temperatuur meten
Temperatuur wordt met een verschillende soorten thermometers gemeten, namelijk:
1. Digitaal
2.Analoog
Slide 13 - Diapositive
Temperatuur
Temperatuur kun je meten met een thermometer:
vloeistofthermometer
Slide 14 - Diapositive
De thermometer
Om de temperatuur te meten, gebruik je een thermometer
Deze bestaat uit een reservoir, een stijgbuis en een schaalverdeling
Slide 15 - Diapositive
Thermometer
Op de thermometer en de getallenlijn
Getallenlijn
staan de negatieve getallen onder 0.
Slide 16 - Diapositive
Hoe heet onderdeel 1 ?
A
reservoir
B
schaalverdeling
C
cilinder
D
stijgbuis
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Diapositive
Hoe heet onderdeel 2 ?
A
reservoir
B
schaalverdeling
C
cilinder
D
stijgbuis
Slide 19 - Quiz
Onderdeel 3 is de schaal- verdeling. Hoe kan je zelf een schaalverdeling maken?
A
Lengte van stijgbuis opmeten en in gelijke delen verdelen
B
Liniaal er langs en de maatstrepen gewoon overnemen.
C
Smeltend ijs voor nulpunt en kokend water voor 100. Daartussen gelijk verdelen.
D
Vloeistofniveau begin is nulpunt. Met hand opwarmen tot het niet meer stijgt is 100. Daartussen beetje verdelen.
Slide 20 - Quiz
Wat is het meetbereik van deze thermometer?
A
-4 graden Celsius
B
van 40 tot 50 graden Celsius
C
van -40 tot +50 graden Celsius
D
16 graden Celsius
Slide 21 - Quiz
Beantwoord de volgende vragen. De thermometers kun je aangeven met A, B en C (van links naar rechts) 1. Welke temperatuur geven de thermometers aan? 2. Welke thermometer zou je kunnen gebruiken als koorts thermometer? 3. Welke thermometer kun je het meest nauwkeurig aflezen?
Slide 22 - Question ouverte
Andere soorten thermometers
Behalve de vloeistofthermometer zijn er nog meer soorten thermometers.
Vleesthermometer
Slide 23 - Diapositive
Een digitale thermometer is nauwkeuriger dan de vloeistof thermometer