Quiz hoofdstuk 3 + 4

Quiz hoofdstuk 3 + 4
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Quiz hoofdstuk 3 + 4

Slide 1 - Diapositive

Waar boek je de prijsverschillen bij inkoop bij nafacturatie
A
Goederenontvangstenboek
B
Inkoopboek
C
Afstemregister
D
Goederenafgifteboek

Slide 2 - Quiz

Bij het verzenden van de verkoopfactuur wordt gebruik gemaakt van de rekening 7600 Prijsverschillen.
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 3 - Quiz

Welke tussenrekening(en) gebruik je bij voorfacturering bij verkopen?
A
1410 Nog te ontvangen facturen
B
1330 Nog te verzenden facturen
C
7500 Nog te leveren goederen
D
1330 Nog te verzenden facturen en 7500 Nog te leveren goederen

Slide 4 - Quiz

1410 Nog te ontvangen facturen wordt geboekt tegen
A
Vaste verrekenprijs
B
Inkoopprijs

Slide 5 - Quiz

Hoeveel bedraagt het prijsverschil?


A
800 voordelig
B
800 nadelig
C
65.000 voordelig
D
65.800 nadelig

Slide 6 - Quiz

Er wordt alleen gebruik gemaakt van de tussenrekening 1330 nog te verzenden facturen. Wordt deze rekening gedebiteerd of gecrediteerd in het verkoopboek?
A
Gedebiteerd
B
Gecrediteerd

Slide 7 - Quiz

Bij inkoop worden de tussenrekeningen 1410 Nog te ontvangen facturen en 7100 Nog te ontvangen goederen gebruikt. Wat is juist?
A
Bij het goederenontvangstenboek wordt 1410 gedebiteerd
B
Bij het goederenontvangstenboek wordt 7100 gecrediteerd
C
Bij het inkoopboek wordt 1410 gedebiteerd
D
Bij het inkoopboek wordt 7100 gedebiteerd

Slide 8 - Quiz

Een voordelig prijsverschil wordt _ op de rekening 7600 prijsverschillen geboekt
A
debet
B
credit

Slide 9 - Quiz

Bij inkoop worden de goederen altijd eerder ontvangen dan de facturen. Voor welk bedrag wordt 1410 Nog te ontvangen facturen gedebiteerd?

Slide 10 - Question ouverte

Bij retourverkopen is er sprake van voorfacturatie. Welke tussenrekening boek je bij het verzenden van de creditnota?
A
1320 Nog te verzenden creditnota's (Debet)
B
1320 Nog te verzenden creditnota's (Credit)
C
7350 Nog terug te ontvangen goederen (Debet)
D
7350 Nog terug te ontvangen goederen (Credit)

Slide 11 - Quiz

Voor welk bedrag staat 1410 Nog te ontvangen facturen credit op de eindbalans?

Slide 12 - Question ouverte

7150 Nog te retourneren goederen wordt gecrediteerd bij:
A
Het ontvangen van de creditnota
B
Het verzenden van de creditnota
C
Het ontvangen van de retourgoederen
D
Het verzenden van de retourgoederen

Slide 13 - Quiz