Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Any New Year's resolutions?
Slide 2 - Diapositive
Any good holiday stories?
Slide 3 - Diapositive
Unit 4, lesson 5, page 64
Reading and writing: in deze les lees je iets over hotels en oefen je het schrijven van een memo
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
What do you prefer, hotel or camping?
Slide 6 - Carte mentale
Page 64 textbook/ workbook
Page 71: words lesson 5
Exercise 48: match the words
timer
2:00
Slide 7 - Diapositive
Reading Strategy
- Je hoeft niet ieder woord te begrijpen, zoek de rode draad van het verhaal
- 1e keer lezen: globaal, zoek GEEN woorden op
- 2e keer lezen: indien nodig, zoek op. Probeer iedere alinea voor jezelf samen te vatten
- 3e keer lezen: kijk naar de vragen en ga die gericht beantwoorden
Slide 8 - Diapositive
Exercise 49: Lees de tekst blz 64
1e x globaal (waar gaat de tekst over)
2e x helemaal
3e keer de vragen lezen en antwoorden zoeken in de tekst.
Klaar ? vergelijk antwoorden
timer
5:00
Slide 9 - Diapositive
Zelfstandig
Exercise 50: practise words
Exercise 51: lees de tekst en beantwoord de vragen
Klaar? Ga verder met opdracht 52 en 53
timer
5:00
Slide 10 - Diapositive
dos and don'ts
Slide 11 - Diapositive
Houd memo’s kort en bondig. Geef niet meer informatie dan nodig is.
Opdracht 52
Oliver werkt op een kantoor. Hij wil de koelkast schoonmaken en heeft er een briefje op geplakt voor zijn collega’s. Hieronder zie je zijn bericht in vier stukjes. Zet de stukjes in de juiste volgorde.
Slide 12 - Diapositive
opdr 53 - kijk naar de tekst blokje 3 als voorbeeld
Je logeert bij je oom in Nieuw-Zeeland. Je gaat zo meteen winkelen met een vriend(in). Je verwacht rond 4 uur weer thuis te zijn. Om 5 uur vertrek je weer om te gaan bowlen met twee andere vriend(inn)en. Omdat je oom even weg is, schrijf je een briefje voor hem. Verwerk de volgende elementen:
1 Groet je oom.
2 Schrijf waar je heen bent en hoe laat je weer terug zult zijn.
3 Schrijf wat je vanavond gaat doen en dat je dus geen tijd zult hebben voor het avondeten.
4 Sluit af op de juiste manier.
Let op!
- Schrijf in het Engels.
- Gebruik geen chattaal met afkortingen en dergelijke.