mercredi le 12 mars (B1e-11)

Coucou la classe B1e!
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Coucou la classe B1e!

Slide 1 - Diapositive

Menu du jour
- Huiswerk bespreken
- Uitleg bijvoeglijk naamwoord


Doel: Je leert wat een bijvoeglijk naamwoord is, een aantal vormen, en de plek in de zin.





Slide 2 - Diapositive

Exercice 3 – Mise en route
A 1 l’escalier 2 la porte 3 la fenêtre 4 le garage 5 le jardin 6 la rue
B Le numéro 2, qu’est-ce que c’est ? Le numéro 2, c’est la porte.
 Le numéro 3, qu’est-ce que c’est ? Le numéro 3, c’est la fenêtre.
Exercice 4
A = 7
B = 5
C = 1
D = 6
E = 2
F = 8
G = 3
H = 4

 
B
1 een bushalte
2 de auto’s
3 stadscentrum
4 een supermarkt
5 op de hoek
6 winkels
7 het strand
8 verkeer
Exercice 5 – Compréhension globale

1 a grote stad
 b vuurtoren

2 Julie Bordeaux, grande ville, centre-ville, beaucoup de circulation, station de métro
 Timéo Bretagne, 25 mètres de haut, la plage

Slide 3 - Diapositive

Huiswerk bespreken: LIRE 3-4-5-6

Slide 4 - Diapositive

Uitleg en vidéo: het bijvoeglijk naamwoord (zie stencil)

Slide 5 - Diapositive

Het bijvoelijk naamwoord

- Bijvoeglijk naamwoord, c'est quoi?
- Bijvoeglijk naamwoord - plaats
-Biijvoeglijk naamwoord - vorm

Slide 6 - Diapositive

Het bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.

Bijvoorbeeld: die broek is blauw. Blauw is dan een bijvoeglijk naamwoord.

Slide 7 - Diapositive

Plaats bijvoeglijk naamwoord

Standaard: bijvoeglijk naamwoord staat achter zelfstandig naamwoord
Bijvoorbeeld: kleuren, nationaliteiten
Sommige bijvoeglijk naamwoorden staan vóór het zelfstandig naamwoord: JOLI, GRAND, PETIT, BEAU, NOUVEAU, VIEUX, BON

Schrijft het op in je schrift!

Slide 8 - Diapositive

Plaats bijvoeglijk naamwoord


Achter: j'au un tapis bleu


Vóór: j'ai une petite chambre

Slide 9 - Diapositive

mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
-
-e
meervoud
-s
-es
voorbeeld
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
petit
petite
meervoud
petits
petites
Het bijvoeglijk naamwoord- vorm
Schrijf het op in je schrift!

Slide 10 - Diapositive

Vorm: bijvoeglijk naamwoord
Mon bureau est grand(m)
Ma chambre est grande (v)
Mes frères sont grands (mmv)
Mes soeurs sont grandes (vmv)

Mon chat est triste.
Ma mère est triste.

Slide 11 - Diapositive

Vorm: bijvoeglijk naamwoord
Uitzonderingen in de vrouwelijke vorm:
blanc - blanche
nouveau - nouvelle
vieux -vieille
Ma table est blance blanche.
Mon armoire est nouveaue nouvelle.
Schrijf het op in je schrijft!

Slide 12 - Diapositive

Ik begrijp het bijvoeglijk naamwoord.
nog niet helemaal
ja, maar ik wil extra oefenen
ja, ik begrijp het

Slide 13 - Sondage

Maintenant
> U5: grammaire II ex.16a-b-c p.24-26 online

Slide 14 - Diapositive

Les devoirs 14/03
Leren/Herhalen:
> Leren U5 stencil bijvoeglijk naamwoord
> Leren U4 apprendre 9 p.136
(af)Maken:
> U5:  grammaire II ex.16a-b-c p.24-26 online

Slide 15 - Diapositive