staal spelling categorie 1-8 herhaling

• Spelling
• Basisschool
• Groep 5

SPELLINGREGELS OEFENEN

Voorbeeld: ring - bang - gong

Voorbeeld: lucht - zacht - recht

Voorbeeld: plank - bank  - dank

Plankwoord: Daar mag geen g tussen.

Eer-oor-eur woord: 

eer-woord, ik schrijf ee; oor-woord, ik schrijf oo; 

eur-woord, ik schrijf eu; eel-woord, ik schrijf ee.

Voorbeeld: beer - hoor - deur - veel

Aai-ooi-oei woord: 

Ik hoor de j, maar ik schrijf de i.

Voorbeeld: haai - hooi - roei

Eeuw-ieuw woord: Ik denk aan de u

Voorbeeld: sneeuw - nieuw

Langermaakwoord: 

Ik hoor een t aan het eind, dus langer maken. Ik hoor of ik d of t moet schrijven. 

Voorbeeld: 

eend > eenden  

goot > goten

Welke woord hoort bij het zingwoord?

1. plank
2. wang
3. rood
4. bank

Wat is goed?

1. lant
2. land

Wat is goed?

1. meew
2. meeuw
3. meeeuw
4. meeuwe

Welk woord is fout geschreven?

1. kraai
2. gooi
3. haai
4. mooj

Welk woord is goed geschreven?

1. bir
2. dir
3. beer
4. deer

Sleep de woorden naar de juiste  categorie.

kip

hangen

zuchten

kaas

vlechten

springen

Welk woord is goed?

1. fietes
2. fiets
3. fites
4. feits

Hoe schrijf je het woord?

Welk woord is fout?

1. denk
2. links
3. bangk
4. winkel

Hoe schrijf je het woord?

Welk woord is goed?

1. berug
2. breg
3. derg
4. berg

Hoe schrijf je het woord?

Sleep de woorden naar de juiste  categorie.

banken

kleuren

knoeien

pinken

strooien

meer

schrijf het woord

Wat is goed?

1. dicht
2. digt

Wat is goed?

1. vragtwagen
2. vrachtwagen

schrijf het woord

Hoe schrijf je het woord?

Welk woord hoort bij de bankletter?

1. vrucht
2. denk
3. tong
4. lang

Hoe schrijf je het woord?

Wat is goed?

1. geur
2. guur
3. goor
4. gueor

Wat is goed?

1. stuur
2. stur
3. stoer
4. stoor

Hoe schrijf je het woord?

Wat is goed?

1. dur
2. doer
3. duer
4. deur

Hoe schrijf je het woord?

Hoe schrijf je het woord?

Wat is geen eer / oor / eur woord

1. reuk
2. zeur
3. koor
4. leer

Wat is goed?

1. koningk
2. lankg
3. ketting
4. stangk

Hoe schrijf je het?

1. mont
2. mond

Wat is goed?

1. booien
2. boien
3. boeien
4. boejen

Wat is fout?

1. maajen
2. zaaien
3. snoeien
4. gooien

Wat vond je van de les?

1. makkelijk
2. moeilijk
3. een beetje makkelijk
4. een beetje moeilijk