Mavo 1 - 45 min - week 35 - Introduction 2

• Engels
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 1

Welcome!

Come in and have a seat.

Wat kan je alvast doen?

1. Je laptop aanzetten.

2. Zoek deze website op: www.lessonup.nl

3. Vul de studenten pin in.

Period A

Week 35: Introduction

Week 36: Bridging the gap

Week 37: Watching + Theme words

Week 38: Reading strategy and practice

Week 39: Speaking + Countries and cultures

Week 40: Present simple

Week 41: Listening strategy and practice + persoonlijke voornaamwoorden

Week 42: Speaking + Vraagwoorden

Week 43: Herfstvakantie

Program

• Classroom English
• Show what you know.

Goals

At the end of this class..

• You have practiced using classroom English.
• You have shown what you know and/or learned new things.

What are you grateful for?

Work in pairs 

Translate the following sentences:

1. Beantwoord de vraag op bladzijde 5.

2. Maak de opdracht af en vergelijk je antwoorden met een klasgenoot.

3. Voer het gesprek en oefen je uitspraak.

4. Bestudeer en markeer de woorden.

5. Praat met elkaar over de Engels les.

6. Werk in tweetallen en schrijf een bericht voor je docent.

Work in pairs 

Translate the following sentences:

1. Answer the question on page 5.

2. Complete the sentences and compare your answers with a classmate.

3. Have the conversation and practise your pronunciation.

4. Study and mark the words.

5. Talk to each other/Talk about the English class.

6. Work in pairs and write a message for your teacher.

Wat is het Engelse woord voor maandag?

Noem in het Engels drie dingen die je bij het ontbijt eet of drinkt.

Noem drie kleuren in het Engels.

Wat is geen sport?

1. Soccer
2. Bike
3. Tennis
4. Basketball

Noem het ontbrekende woord.
first - _____ - third

Welk woord geeft geen persoon aan?

1. Child
2. Brother
3. Farm
4. Father

Welk woord hoort niet in dit rijtje thuis?

1. Potato
2. Pear
3. Apple
4. Banana

Wat betekent de volgende zin?
I am angry.

Kies het juiste woord.
I come from Holland. I _____ Dutch.

1. are
2. am
3. is

Vul het ontbrekende woord in.
Fred is a nice guy.
_____ is my best friend.

1. He
2. She
3. It

Wat is de korte vorm van I am?

Introduce yourself

1. Mijn naam is ...

2. Ik ben ... jaar oud.

3. Ik vind het leuk om te ...

4. Ik vind het niet leuk om te ...

Goals

At the end of this class..

• You have practiced using classroom English.
• You have shown what you know and/or learned new things.