Reken blokken les 2.2 Lengte git

Les 2.2 Lengte
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Les 2.2 Lengte

Slide 1 - Diapositive

H2: Grootheden en eenheden
Planning:
Herhalen wat een grootheid en eenheid
Uitleg over Lengte door quiz.

Slide 2 - Diapositive

H: Grootheden en eenheden
Leerdoelen
  • Je leert Wat de een grootheid en eenheid betekent.
  • Je leert de bekende maten voor Lengte en je kunt daarmee schattend rekenen.
  • Je rekent van een eenheid naar andere eenheid om.
  • Je leest de maten goed af met aandacht aan de eenheid

Slide 3 - Diapositive

Les 2.1
Een grootheid is iets wat je kunt meten. De waarde van een grootheid wordt weergegeven met een getal en een eenheid.
Een eenheid is waar je grootheden in meet.


Slide 4 - Diapositive

Reken blokken les 2.1

Slide 5 - Diapositive

H2: Grootheden en eenheden
  • Temperatuur
  • Lengte
  • Gewicht
  • geld
  • Tijd

Slide 6 - Diapositive

 les 2.2 Lengte

Lengte geeft aan hoe groot of klein iets is.

Slide 7 - Diapositive

Lengte wordt aangegeven met de eenheid
A
meter
B
gram
C
euro
D
celsius

Slide 8 - Quiz

 les 2.2 Lengte

Wat zijn de bekende maten?

Slide 9 - Diapositive

Een volwassen man is ongeveer .....m lang
A
180
B
1,80
C
160
D
1,60

Slide 10 - Quiz

Een verdieping van een flat is ongeveer ... m hoog
A
5
B
7
C
3
D
12

Slide 11 - Quiz

Een deur is ongeveer .. m hoog
A
2
B
3
C
1,5
D
5

Slide 12 - Quiz

Een vingernagel is ongeveer ... mm dik
A
1
B
2
C
10
D
5

Slide 13 - Quiz

2.2 Lengte
Schattend rekenen: is ongeveer rekenen.

Slide 14 - Diapositive

2.2 Lengte
Precies rekenen met km, m, cm,...: is precies rekenen.
Er zijn grotere en kleinere eenheden gemaakt om handig dingen van grote of kleine lengte te meten.
1 km = 10 hm
1 km = 100 dam

Slide 15 - Diapositive

1 km = .. m
A
10
B
100
C
1000
D
10000

Slide 16 - Quiz

1m = .. cm
A
10
B
100
C
1000
D
10000

Slide 17 - Quiz

2.2 Lengte
Omrekenschema met km, m, dm, cm, mm

Slide 18 - Diapositive

2.2 Lengte
Aflezen van meetinstrumenten: 
Liniaal, Passer, Rolmaat en duimstok

Slide 19 - Diapositive

2.2 Lengte
Aflezen van meetinstrumenten: 
Als je een meetinstrument of andere bron afleest, moet je steeds goed bedenken waar het over gaat: millimeter, centimeter, meter of kilometer.

Slide 20 - Diapositive

schroeven meestal meet je met de eenheid
A
mm
B
cm
C
km
D
hm

Slide 21 - Quiz

Pen meestal meet je met de eenheid
A
mm
B
cm
C
km
D
hm

Slide 22 - Quiz

afstand tussen twee steden meet je met de eenheid
A
mm
B
cm
C
km
D
hm

Slide 23 - Quiz

lengte van je kamer meet je met de eenheid
A
mm
B
cm
C
km
D
m

Slide 24 - Quiz

2.2 Lengte
Werken aan het omrekenen 

Slide 25 - Diapositive

 les 2.2

Slide 26 - Diapositive

 les 2.1

Slide 27 - Diapositive