2.7 Ongewenst kinderloos

2.7 Ongewenst kinderloos
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

2.7 Ongewenst kinderloos

Slide 1 - Diapositive

Planning en Leerdoelen
Terugblik BS 6: Anticonceptie

Uitleg BS 7: Ongewenst kinderloos
  • Je kunt oorzaken noemen van verminderde vruchtbaarheid
  • Je kunt vruchtbaarheidsbehandelingen noemen
  • Je kunt ethische en biologische standpunten over het ingrijpen in het voortplantingsproces toelichten.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Anticonceptie (voorbehoedsmiddelen)

Slide 4 - Diapositive

Wat als het niet lukt om zwanger te raken?

Slide 5 - Diapositive

Wat kunnen redenen zijn waarom het bij een stel
niet lukt om zwanger te raken?

Slide 6 - Carte mentale

Vruchtbaarheidsproblemen
Oorzaak bij man/vrouw/beiden: 30%-30%-30%
Problemen bij:
-aanmaken geslachtscellen
-ovulatie / zaadlozing
-bevruchting
-genetische afwijking die miskramen veroorzaakt

Slide 7 - Diapositive

Mogelijkheden: KI (IUI) /IVF/ICSI

Slide 8 - Diapositive

Kunstmatige inseminatie (Ki)
= intra-uteriene-inseminatie (IUI)
  • Inbrengen van zaadcellen in de baarmoeder zonder seks
  • Lage kwaliteit sperma
  • Fysieke blokkade baarmoedermond (slijmprop)
    -->Lesbische stellen
    --> Alleenstaande moeders

Slide 9 - Diapositive

IVF
  • O.i.v. hormonen rijpen bij de vrouw meerdere eicellen 
  • De eicellen worden ‘geoogst’ en overgebracht naar een petrischaal
  • Sperma van de man wordt toegevoegd
  • Na een paar dagen worden enkele van de bevruchte eicellen teruggeplaatst in de baarmoeder


Slide 10 - Diapositive

Welk hormoon moet de vrouw extra krijgen vóór het oogsten van de eicellen?
A
Oestrogenen
B
HCG
C
LH
D
FSH

Slide 11 - Quiz




In-vitrofertilisatie (ivf)

Slide 12 - Diapositive

ICSI

  • Een spermacel wordt geïnjecteerd in een eicel (evt meerdere eicellen die worden bevrucht)
  • Na een paar dagen worden enkele van de bevruchte eicellen teruggeplaatst in de baarmoeder


Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Welk hormoon moet de vrouw extra krijgen net voor het terugplaatsen van de zygotes?
A
Oestrogenen
B
HCG
C
LH
D
FSH

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Diapositive

3

Slide 18 - Vidéo

01:36
Populaire tijdschriften spreken vaak van reageerbuisbevruchting. Wat bedoelen ze daarmee? En waarom is dit onjuist?

Slide 19 - Question ouverte

01:45
Een studente noemt 4 criteria waarop, voorafgaand op de implantatie, de levensvatbaarheid zou kunnen worden vastgesteld. 1. De aanwezigheid van delende kernen 2. De bewegelijkheid van het embryo 3. De grootte van de cellen 4. Het aantal mitochondriën per cel. Licht toe welk van deze criteria de meeste informatie geeft over de kans op een succesvolle zwangerschap

Slide 20 - Question ouverte

02:13
Bij IVF is het mogelijk embryo's te selecteren op eigenschappen. Dat kunnen ziektes zijn, maar ook andere eigenschappen. Vind jij dit toegestaan? Beargumenteer je antwoord.

Slide 21 - Question ouverte

Leg uit waarom vroeger dan 72 uur na bevruchting inplaatsen van het embryo een lagere kans geeft op succesvolle innesteling (BINAS 86)

Slide 22 - Question ouverte

Opdrachten
Maak opdracht 93, 95, 98, 99


Slide 23 - Diapositive