Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
procesrecht
Slide 1 - Diapositive
De wettelijke regels over de absolute competentie beschrijven welk type gerecht bevoegd is om de zaak te behandelen. Er zijn drie typen gerechten in Nederland. Welke 3?
Slide 2 - Question ouverte
Gaat het hier om materieel of formeel recht? De behandeling achter gesloten deuren van een ondertoezichtstelling van een minderjarige.
A
Materieel procesrecht
B
Formeel procesrecht
C
geen van beide
Slide 3 - Quiz
Welke rechter behandelt in eerste aanleg het conflict tussen twee burgers over een vordering voortvloeiende uit een aansprakelijkheidsstelling van € 30.000,-?
A
Kantonrechter
B
Gerechtshof
C
Civiele rechter
D
Hoge Raad
Slide 4 - Quiz
Welke rechter behandelt het hoger beroep betreffende een conflict met betrekking tot niet betaald loon van € 26.000,-?
A
Gerechtshof
B
Kantonrechter
C
Hoge Raad
D
Geen van allen
Slide 5 - Quiz
H. de Vries heeft een vordering van € 1.650,- voorgelegd aan de kantonrechter. Deze laatste heeft de vordering afgewezen. Leg uit of H. de Vries beroep kan instellen tegen dit vonnis van de kantonrechter.
Slide 6 - Question ouverte
Kantonrechter
Civiele rechter
Vorderingen tot €25.000,-
Vorderingen boven de €25.000,-
Waardezaken
Aardzaken
Huur-, pacht-, arbeidszaken, consumentenkoop & consumentenkrediet tot €40.000,-
Slide 7 - Question de remorquage
Hoe heet de partij die een zaak aan de rechter voorlegt?
Slide 8 - Carte mentale
Van wie is de dagvaarding afkomstig?
Slide 9 - Carte mentale
Wie is bevoegd om de dagvaarding te betekenen?
A
Advocaat
B
Gerechtsdeurwaarder
C
Notaris
D
Rechter
Slide 10 - Quiz
De gerechtsdeurwaarder is bevoegd om een exploot uit te reiken. Wat houdt dit in?
A
Afgeven van de dagvaarding
B
Een notitie maken
C
Dagvaarding uitreiken + afschrift maken wat hij ermee heeft gedaan
D
Dagvaarding uitreiken + een kopie sturen naar alle betrokkenen
Slide 11 - Quiz
Wat wordt verstaan onder een ‘dagvaarding’?
Slide 12 - Question ouverte
Wat moet een gedaagde doen om zijn verstek in een zaak bij de rechtbank te zuiveren?
A
Niets
B
Bezwaar maken
C
In verzet gaan
D
Op de zitting verschijnen
Slide 13 - Quiz
Hoe verloopt een eenvoudige dagvaardingsprocedure? Maak gebruik van de volgende begrippen. Vonnis- Comparitie-Dagvaarding- Conclusie van antwoord
Slide 14 - Question ouverte
Wat is het verschil tussen een conclusie van repliek en dupliek?
Slide 15 - Carte mentale
Slide 16 - Vidéo
01:31
Met wat voor'n soort rechter heeft deze man te maken?
Slide 17 - Question ouverte
Als er een complicatie in de procedure zit dan spreken we van eis in reconventie. Wat betekent dit?