Herhaling H8. Lengte Omtrek Oppervlakte Terugblik
1 / 34
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Vul in: De afstand tussen jouw pink en duim is ongeveer .... cm
Slide 3 - Question ouverte
Vul in:
De lengte van je wiskundedocent is ongeveer .... cm
De lengte van je wiskundedocent is ongeveer .... cm
Slide 4 - Question ouverte
Vul in: Als je stevig doorloopt, loop je ongeveer .... km/uur
Slide 5 - Question ouverte
Vul in: De hoogte van 1 verdieping is ongeveer .... meter.
Slide 6 - Question ouverte
Vul in: Als je één gewone stap zet dan is dit ongeveer .... cm
Slide 7 - Question ouverte
Slide 8 - Question ouverte
Slide 9 - Question ouverte
Omrekenen van eenheden
Van welke grootheid zien we hiernaast het schema?
A
Meter
B
Afstand
C
Lengte
D
Oppervlakte
Slide 10 - Quiz
zet de lengtematen in de goede volgorde van groot naar klein
km
hm
dam
m
dm
cm
mm
Slide 11 - Question de remorquage
3 dm = ........ cm
A
30
B
0,3
C
300
D
3000
Slide 12 - Quiz
18 km = ....... m
A
180
B
1800
C
18.000.000
D
18.000
Slide 13 - Quiz
Vul het juiste getal in:
15 dam = ... centimeter
15 dam = ... centimeter
Slide 14 - Question ouverte
Welk getal moet ik op de puntjes invullen?
8 m + 300 cm = ...... dm.
8 m + 300 cm = ...... dm.
Slide 15 - Question ouverte
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
De lengte van zijde a is ... meter
Slide 18 - Question ouverte
De lengte van zijde b is ... cm
Slide 19 - Question ouverte
Vul in op de puntjes:
De omtrek van de figuur is ..... meter
De omtrek van de figuur is ..... meter
Slide 20 - Question ouverte
Hoe berekenen we de
oppervlakte van een
rechthoek?
oppervlakte van een
rechthoek?
A
Lengte + breedte
B
Lengte x breedte
C
Lengte + breedte + lengte + breedte
D
Lengte x breedte x lengte x breedte
Slide 21 - Quiz
Wat is de oppervlakte van de
rechthoek?
rechthoek?
A
5cm2
B
10cm
C
12,5cm2
D
10cm2
Slide 22 - Quiz
Wat is de oppervlakte van deze rechthoek in vierkante km's?
A
1m2
B
10km2
C
10m2
D
1km2
Slide 23 - Quiz
Vul in op de stippellijntjes:
De oppervlakte van de figuur hiernaast is ..... vierkante mm
De oppervlakte van de figuur hiernaast is ..... vierkante mm
Slide 24 - Question ouverte
1 hokje is 1
Vul in wat op de stippellijntjes komt:
Vul in wat op de stippellijntjes komt:
Slide 25 - Question ouverte
Vul in op de puntjes.
Slide 26 - Question ouverte
Vul in op de puntjes.
Slide 27 - Question ouverte
De oppervlakte van figuur 1 bereken ik met
A
5 + 5 + 3 + 3
B
(2 x 5) + (2 x 3)
C
3 x 5
D
de omtrek
Slide 28 - Quiz
De oppervlakte van figuur 3 bereken ik door:
A
lengte + lengte + breedte + breedte
B
lengte x breedte
C
2 x lengte + 2 x breedte
D
inhoud : 2
Slide 29 - Quiz
Vul in:
De oppervlakte van figuur 2 is .....
De oppervlakte van figuur 2 is .....
A
1800
B
0,18
C
0,56
D
5600
Slide 30 - Quiz
Vul het juiste getal in:
Slide 31 - Question ouverte
5 hm = .... m
Slide 32 - Question ouverte
Welk getal moet ik op de puntjes invullen?
5 m + 20 cm = ...... dm.
5 m + 20 cm = ...... dm.
