Les 1 Examentraining Schrijven 3F informatieve tekst en ww spelling

Examentraining Schrijven 3F
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Examentraining Schrijven 3F

Slide 1 - Diapositive

Waarom deze lessen?
Trainen op vaardigheden die nodig zijn om het examen Schrijven goed te kunnen maken.

Slide 2 - Diapositive

Waar word je op beoordeeld? 
  • Samenhang
  • Afstemming op doel
  • Afstemming op lezer/publiek
  • Grammatica, spelling, leesteken
  • Leesbaarheid/lay-out

Slide 3 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
Spelling en grammatica 
Schrijven van een informatieve tekst 

Slide 4 - Diapositive

Lesdoelen: Aan het eind van deze les....
  • Kun je je goed voorbereiden op het schrijven van een langere tekst.
  • Kun je werkwoorden in de tegenwoordige en verleden tijd correct vervoegen.
  • Kun je een korte en krachtige informatieve tekst schrijven.

Slide 5 - Diapositive

Even opfrissen
  1. Wat moet je doen VOORDAT je begint met het schrijven van een lange tekst?
  2. Uit welke 3 onderdelen bestaat een tekst?
  3. Wat weet je nog over signaalwoorden en tekstverbanden?
  4. Waarom moet je die gebruiken bij het schrijven van een tekst?

Slide 6 - Diapositive

Herhalen werkwoordspelling
Tegenwoordige tijd

Slide 7 - Diapositive

Ik ..... hier niets wijzer van! (worden, tt)

Slide 8 - Question ouverte

Suzan ..... dat onze hond al een paar dagen ziek is. (vermoeden, tt)

Slide 9 - Question ouverte

De boekhouder ..... morgen zijn kantoor. (ontruimen, tt)

Slide 10 - Question ouverte

....... het nou zelf maar uit! (vinden, tt)
A
Vind
B
Vindt

Slide 11 - Quiz

Herhalen werkwoordspelling
Verleden tijd

Slide 12 - Diapositive

Het weer ..... met de dag. (veranderen, vt)

Slide 13 - Question ouverte

De leerlingen ....... de vloer in de kantine. (schrobben, vt)

Slide 14 - Question ouverte

De studenten .... over een moeilijke examenopgave. (peinzen, vt)
A
peinzden
B
peinsden
C
peinzten
D
peinsten

Slide 15 - Quiz

Mijn ouders ..... mij bijna nooit. (straffen, vt)
A
straften
B
strafden

Slide 16 - Quiz

Toen ..... ik mijn vader alles eerlijk op. (opbiechten, vt)

Slide 17 - Question ouverte

Vroeg in het voorjaar .... de boer al zijn land. (bemesten, vt)

Slide 18 - Question ouverte

Informatieve teksten 

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Aan de slag ......
  1. Schrijf een tekst voor de website van jouw voetbalclub.
  2. Gebruik de juiste opbouw: inleiding/kern/slot
  3. Zorg voor de juiste werkwoordspelling
  4. Gebruik de juiste interpunctie
  5. Tussen de 200 en 250 woorden
  6. Inleveren in Teams

Slide 26 - Diapositive

Aan de slag ......

Slide 27 - Diapositive