3.4 + 3.5

Thema 3
WERKEND NEDERLAND
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Thema 3
WERKEND NEDERLAND

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?

  • Huiswerk bespreken
  • uitleg werkloosheid
  • uitleg hoe bestrijd je werkloosheid
  • maken opdrachten  

Slide 2 - Diapositive

opdrachten bespreken

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

4 soorten werkloosheid

Slide 5 - Diapositive

Conjuncturele werkloosheid

  • Tijdelijk
  • oorzaak: daling van lonen en/of export

Slide 6 - Diapositive

Structurele werkloosheid (1)
  • Blijvend

Slide 7 - Diapositive

Structurele werkloosheid 
  • een bedrijf failliet gaat.
  • een bedrijf verhuist naar het buitenland.
  • een bedrijf werk uitbesteedt naar het buitenland.
  • een bedrijf mensen vervangt door machines of computers.
  • twee bedrijven fuseren. 

Slide 8 - Diapositive

Seizoenswerkloosheid
  • Tijdelijk (kan tegelijkertijd met conjuncturele en structurele)
Voorbeelden
IJsverkoper in de winter
Skileraar in de zomer
Strandtent in de winter

Slide 9 - Diapositive

Frictiewerkloosheid
  • Kortdurend
  • Kan tegelijkertijd met conjuncturele en structurele
  • Studie → baan
  • Baan → andere baan

Slide 10 - Diapositive

Hoe bestrijd je 
werkloosheid?

Slide 11 - Diapositive

Uitkering
Geregistreerde werklozen ontvangen een WW-uitkering

Werklozen kosten de overheid dus veel geld

Slide 12 - Diapositive

Hoe oplossen?
  • Belasting verlagen, meer consumptie, betere werkgelegenheid

  • Meer overheidsbestedingen

Slide 13 - Diapositive

Andere manieren:
  • Arbeidstijdenverkorting - korter werken, meer mensen kunnen werken

  • Loonmatiging - loonkosten blijven laag, mogelijkheid om meer mensen in dienst te nemen

Slide 14 - Diapositive

Scholing
  • Omscholing - een opleiding voor een ander beroep
  • Bijscholing - een opleiding om verder te leren binnen je beroep

Slide 15 - Diapositive

Poldermodel
Overheid, werkgevers en werknemers overleggen samen over loonstijgingen

Slide 16 - Diapositive

Opdrachten maken
1 t/m 7 van Werkloosheid (p. 15 en 16)
1 t/m 6 van 'Hoe bestrijd je werkloosheid?' (p. 19 en 20)

timer
10:00

Slide 17 - Diapositive

1

Slide 18 - Vidéo

03:29
Er zijn verschillende soorten werkloosheid. Kies de juiste omschrijving bij de juiste soort werkloosheid
Werkloosheid die ontstaat door blijvende veranderingen.
Werkloosheid als gevolg van dalende bestedingen
Werkloosheid vanwege de tijd die het kost om te solliciteren
Werkloosheid omdat er maar een deel van het jaar werk is
Werklozen die zich hebben ingeschreven bij het UWV
Structurele werkloosheid
Conjuncturele werkloosheid
Frictie werkloosheid
Seizoenswerkloosheid
Geregistreerde werkloosheid

Slide 19 - Question de remorquage

Welke werkloosheid is niet tijdelijk?
A
seizoenswerkloosheid
B
structurele werkloosheid
C
regionale werkloosheid
D
frictiewerkloosheid

Slide 20 - Quiz

Welke vorm van werkloosheid krijg je wanneer bedrijven zich naar het buitenland verplaatsen?
A
regionale werkloosheid
B
conjuncturele werkloosheid
C
seizoenswerkloosheid
D
structurele werkloosheid

Slide 21 - Quiz

Wanneer je een tijdje per jaar niet kunt werken noem je deze werkloosheid ...
A
structurele werkloosheid.
B
seizoenswerkloosheid.
C
verborgen werkloosheid.
D
conjuncturele werkloosheid.

Slide 22 - Quiz

Conjuncturele werkloosheid is blijvend.
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quiz

Wat betekent regionale werkloosheid?
A
Werkloosheid die niet bekend is bij UWV.
B
Dat er in een bepaald seizoen meer werkloosheid is.
C
Dat er in een bepaalde provincie meer werkloosheid is.
D
Dat er geen werk is voor bepaalde opleidingen.

Slide 24 - Quiz

Wanneer de mens wordt overgenomen door een machine is dat ... werkloosheid
A
frictie
B
structurele
C
machinale
D
conjuncturele

Slide 25 - Quiz

Wat is geregistreerde werkloosheid?
A
Als je ingeschreven staat bij het UWV.
B
Als je niet ingeschreven staat bij het UWV.
C
Als je zwart werkt.
D
Als je wit werkt.

Slide 26 - Quiz

Waar staat UWV voor?
A
Uitvoeringsinstituut WerknemersVerzekeringen
B
Uitvoeringsinstituut WerknemersVoorziening

Slide 27 - Quiz

Het UWV helpt bij het zoeken naar een baan en bij het aanvragen van een uitkering.
A
juist
B
onjuist

Slide 28 - Quiz