CH6 voca
1 / 21
La durée de la leçon est: 10 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
de hele tijd
A
tout le temps
B
tout la temps
C
tout le monde
D
tous les ans
Slide 2 - Quiz
sorry
A
désole
B
désolé
C
déesole
D
dèsolè
Slide 3 - Quiz
liever hebben
A
preferer
B
préfèrer
C
préférer
D
préferer
Slide 4 - Quiz
behalve
A
seulement
B
ici
C
loin
D
sauf
Slide 5 - Quiz
tegen
A
pour
B
contre
Slide 6 - Quiz
de maand
A
le jour
B
la moins
C
le mois
D
le moins
Slide 7 - Quiz
vrij goed
A
assez bien
B
très bien
C
trop bien
D
si bien
Slide 8 - Quiz
nu
A
miantenant
B
mantena
C
mentenant
D
maintenant
Slide 9 - Quiz
de nacht
Slide 10 - Question ouverte
naar de bioscoop
Slide 11 - Question ouverte
Nederlands
Slide 12 - Question ouverte
vrij
Slide 13 - Question ouverte
mogelijk
Slide 14 - Question ouverte
voor
Slide 15 - Question ouverte
Wat is globaal lezen?
A
de hele tekst woord voor woord lezen
B
de titel, tussenkopjes en eerste en laatste zin lezen
C
gewoon lezen
D
gewoon ff kijken
Slide 16 - Quiz
wat betekent
"qu'est-ce qui est vrai selon le premier alinéa ?"
"qu'est-ce qui est vrai selon le premier alinéa ?"
A
Wat is de hoofdgedachte van de eerste alinea
B
Wat is er belangrijk volgens de eerste alinea
C
Wat klopt er volgens de eerste alinea
D
Wat is het doel van de eerste alinea
Slide 17 - Quiz
Wat betekent 'faux' ?
A
niet waar
B
fout
C
waar
D
vals
Slide 18 - Quiz
Wat betekent 'vrai' ?
A
waar
B
echt
C
niet waar
D
fout
Slide 19 - Quiz
Wat betekent
"Lis le texte en entier"?
"Lis le texte en entier"?
A
Lees.
B
Lees de tekst in zijn geheel.
C
Lees alles.
D
Lees de tekst door.
Slide 20 - Quiz
Ik zoek in de tekst naar een specifiek woord.
Dit is ...
Dit is ...
A
Skimmen
B
Scannen
C
Spammen
D
Vluchtig lezen
