Hoe de nazipartij in Duitsland aan de macht kon komen

Hoe de nazipartij in Duitsland aan de macht kon komen

Leerdoel

Aan het einde van deze les weet je waarom de nationaalsocialistische partij in Duitsland aan de macht kon komen.

Leg het leerdoel duidelijk uit aan de studenten.

Wat weet je al over de politieke situatie in Duitsland voor de Tweede Wereldoorlog?

Duitsland na de Eerste Wereldoorlog

Na de Eerste Wereldoorlog had Duitsland te maken met economische en politieke problemen.

Bespreek de situatie in Duitsland na de Eerste Wereldoorlog. Laat de studenten meedenken over de oorzaken van deze problemen.

Het ontstaan van de nazipartij

De nazipartij ontstond in 1920 en had als doel om Duitsland weer groot te maken.

Leg uit hoe de nazipartij ontstond en wat hun doelen waren. Bespreek de kenmerken van het nazisme.

De opkomst van Hitler

In 1933 werd Hitler benoemd tot rijkskanselier van Duitsland.

Beschrijf de opkomst van Hitler en zijn benoeming tot rijkskanselier.

Propaganda

De nazipartij gebruikte propaganda om hun boodschap te verspreiden.

Bespreek het belang van propaganda in de opkomst van de nazipartij. Laat voorbeelden zien van nazipropaganda.

Jodenvervolging

De nazipartij begon met het vervolgen van Joden en andere minderheden.

Leg uit wat de Jodenvervolging inhield en waarom de nazipartij hiertoe overging.

De Tweede Wereldoorlog

In 1939 begon de Tweede Wereldoorlog met de invasie van Polen door Duitsland.

Bespreek kort de aanleiding en het verloop van de Tweede Wereldoorlog.

Samenvatting

We hebben geleerd waarom de nazipartij in Duitsland aan de macht kon komen. Dit had te maken met economische en politieke problemen na de Eerste Wereldoorlog, de opkomst van Hitler, het gebruik van propaganda en de Jodenvervolging.

Vat de belangrijkste informatie uit de les samen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.