PK SEM 2 WK 10 4-2.5

1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

welke voorzorgsmaatregelen omtrent hygiëne zijn er in jouw stageklas/ruimte? [deur, kraan, stekker] genomen?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Vul alles wat je weet in over voedselveiligheid: temperatuur, koelkast, onderhoud, allergieën... enz

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem de 6 aandachtspunten voor een kindveilige omgeving

Slide 5 - Question ouverte




veiligheidsprotocollen naleven​
ruimtes juist gebruiken​
hulpmiddelen juist gebruiken​
betrouwbaarheid en integriteit​
criminaliteit​
observeren – signaleren – melden - evalueren.



Vergelijk je stageklas/ruimte met jouw kamer thuis [veiligheid]​
Wat kan daar anders?

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar dienen veiligheidsprotocollen voor?
A
Ze geven aan hoe je kunt zorgen dat onveilige situaties worden voorkomen of hoe te handelen bij een onveilige situatie.
B
Ze geven aan hoe je je kunt indekken voor de verzekering
C
Ze geven ouders duidelijkheid hoe de stage omgaat met het kind
D
Ze geven aan hoe je als professional kunt verdedigen tegen storm en wind

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe moet je ruimtes juist gebruiken?
A
Je mag best spullen plaatsten voor een deur die niet gebruikt wordt
B
Zorg dat muurleuningen bereikbaar zijn voor kinderen
C
zo goed mogelijk als je kan
D
naar inzicht van de directie

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent VOG precies?

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Iedereen die werkt met kinderen zou zo een VOG moet hebben
JA
NEE

Slide 10 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem de 4 brandveiligheids aandachtspunten

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

BHV Betekent:
A
Brand Hulp Verlener
B
Brand Hospital Veiligheid
C
Bedrijfs Handige Verlener
D
Bedrijf Hulp Verlener

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Op mijn stageplek zijn alle deuren vrij, er staat niets voor
JA
NEE

Slide 14 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat doe jij wanneer er brand uitbreekt op je stage?
A
Wegrennen
B
wegrennen met kinderen
C
Brand melden bij BPV-er/ BHV-er
D
Brand SCHREEUWEN

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een calamiteit?

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Calamiteit op verschillende vlakken
brand​
technisch: stroomuitval, grote waterlekkage, uitvallen verwarming of liften​ 
ICT: uitvallen telefoonverbindingen, alarmsystemen en belangrijke computersystemen​ 
ziekte: onverwachte grote uitval van personeel door bijvoorbeeld een epidemie, het uitbreken van voedselvergiftiging of een ernstige besmettelijke ziekte onder kinderen​

lekkage van gevaarlijke stoffen in de organisatie of directe omgeving​

onbereikbaarheid van de organisatie door weersinvloeden bijvoorbeeld

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

BHV Taken
A
eerste hulp verlenen
B
bestrijden kleine brand
C
beperken schade/letsel
D
Coordineren taken/evacuaties

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Risico-inventarisatie en –evaluatie​
- arbo-beleid en verzuimbeleid​
- inrichting van gebouwen, werkplekken en organisatie van de bhv​
- fysieke belasting van medewerkers​
- gevaarlijke stoffen en beschermingsmiddelen​
- functie-inhoud, werkdruk, arbeidstijden, rusttijden.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik ben goed opgefrist over Thema 10:
een kindveilige omgeving
Jazeker
Ja, ik vind dit erg belangrijk
ja, maar kan nog beter

Slide 20 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Huishoudelijk werk doe je droog en nat. Geef minimaal 3 voorbeelden van droog huishoudelijk werk

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik vind schoonmaken op stage leuk !
YES
NO

Slide 22 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Zoek op wat een plumeau is en deel als foto hier

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Natte schoonmaak materialen

Slide 24 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Weet jij alle waarschuwings symbolen op de schoonmaakmiddelen?
Ja, allemaal
Nee, geen een
Een paar

Slide 25 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Symbolen voor veilig gebruik moeten alle studenten KP/OA/PW weten
Ja, hoort bij je vak
Nee, dat is niet nodig

Slide 27 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Mag je een wc met koud water schoonmaken?
JA
Nee

Slide 30 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

In welke volgorde moet je schoonmaken? [2 antw goed]
A
van nat naar droog
B
van droog naar nat
C
van beneden naar boven
D
van boven naar beneden

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Er wordt meestal gewassen met een synthetisch wasmiddel. Dit bevat veel synthetische wasactieve stoffen en heeft ......... als grondstof
A
zeep
B
citroen
C
aardolie
D
kalk

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het nut van een protocol?

Slide 34 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions