4.1 Snelheid les 2

Snelheid, les 2
Benodigheden
- Boek en schrift
- Pen, potlood
- Rekenmachine
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Snelheid, les 2
Benodigheden
- Boek en schrift
- Pen, potlood
- Rekenmachine
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!

Slide 1 - Diapositive

Deze les:
  • Herhaling vorige les / huiswerk bespreken
  • Uitleg leerdoelen 
  • Huiswerk maken

Huiswerk vr 24 jan. Maken + nakijken 4.1 opdracht 1 t/m 8

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
  1. Ik kan het verschil tussen snelheid en gemiddelde snelheid uitleggen.
  2. Ik ken de grootheid (gemiddelde) snelheid in combinatie met de juiste eenheden en symbolen.
  3. Ik ken de grootheid afstand in combinatie met de juiste eenheden en symbolen.
  4. Ik kan met de formule s = v * t de gemiddelde snelheid berekenen. (Hierbij gebruik ik de juiste grootheid- en eenheidsymbolen.)
  5. Ik kan (heel snel) de snelheidseenheden km/u omrekenen in m/s en terug.

Slide 3 - Diapositive

snelheid
tijd
afstand
meter / kilometer
m of km
v
m/s, km/h
t
seconde, uur

Slide 4 - Question de remorquage

Herhaling huiswerk
  • Pak je werkboek erbij, blz 92/93

Slide 5 - Diapositive

Vraag 20, b

Slide 6 - Question ouverte

Vraag 21, b

Slide 7 - Question ouverte

vraag 23

Slide 8 - Question ouverte

Leerdoelen
  1. Ik kan met de formule s = v * t de gemiddelde snelheid berekenen. (Hierbij gebruik ik de juiste grootheid- en eenheidsymbolen.)
  2. Ik kan (heel snel) de snelheidseenheden km/u omrekenen in m/s en terug.

Slide 9 - Diapositive

Snelheid heeft twee eenheden 
  • m/s (als s in meter is en t in seconden)
  • km/h (als s in km is en t in uren) 

Slide 10 - Diapositive

Omrekenen tijd

Slide 11 - Diapositive

Km/h naar m/s
1375 km/h, hoeveel meter legt Felix dan af per seconde?

Daar is een hele simpele
regel voor:
1375 km/h : 3,6 = 381,94 m/s

Slide 12 - Diapositive

Reken om!

180 km/h = .. m/s
A
55,5 km/h
B
49,9 m/s
C
50 m/s
D
50 km/h

Slide 13 - Quiz

Welke gaat sneller?
A
12 km/h
B
12 m/s
C
Even snel
D
Dat kan je niet zeggen

Slide 14 - Quiz

Reken om!

0,25 m/s = ... km/h
A
0,9 km/h
B
0,9 m/s
C
1,0 m/s
D
0,99 m/s

Slide 15 - Quiz

6

Slide 16 - Vidéo

00:37
Wat gebeurt er in de eerste 7 seconden met de snelheid?

Slide 17 - Question ouverte

00:52
Over de eerste 300 meter doet Klejd Nuis 22,91 seconden. Wat is de gemiddelde snelheid in m/s?

Slide 18 - Question ouverte

01:17
Het volgende hele rondje (400 m) doet hij in 24,27 seconden. Wat is de gemiddelde snelheid in km/h?

Slide 19 - Question ouverte

01:42
Rondje 3 gaat in 25,20 seconden. Laat met een berekening zien of dit sneller of langzamer is dan het vorig rondje.

Slide 20 - Question ouverte

02:09
Klejd Nuis reed de 1500 m in 1:40:17 bereken de gemiddelde snelheid van de hele race.

Slide 21 - Question ouverte

02:17
Waarom spreek je van gemiddelde snelheid en niet van alleen snelheid?

Slide 22 - Question ouverte

Huiswerk vr 23 jan.
M.N.V. 
§4.1 opdracht 1 t/m 8 

Slide 23 - Diapositive