H5.3 KB Oorzaken van armoede

Economie H5.3 KBL

Internationale ontwikkelingen

Oorzaken van armoede
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Economie H5.3 KBL

Internationale ontwikkelingen

Oorzaken van armoede

Slide 1 - Diapositive

Voorafgaand aan de les
  • deze les bespreken we oorzaken van armoede 
  • frissen we kennis van de vorige lessen op nodig voor deze en volgende lessen van dit hoofdstuk
  • gaan we kijken wat je nog weet van de vorige lessen
  • Leer je over de OORZAKEN VAN ARMOEDE

Slide 2 - Diapositive

Samenvatting H5.1  KBL

Slide 3 - Diapositive

samenvatting H5.2   KBL

Slide 4 - Diapositive

Wat zijn kenmerken van een ontwikkelingsland?

Slide 5 - Question ouverte

Slide 6 - Diapositive

Wat was ook al weer een vicieuze cirkel als het om armoede gaat?
Armoede = gebrek aan geld - geen .....

Slide 7 - Question ouverte

Vicieuze cirkel van armoede: weet je nog wat er moet gebeuren deze cirkel te doorbreken?

Slide 8 - Diapositive

Leg uit....???

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Wat weet je nog
van de vorige les?




Ga naar je lessonUp app

Slide 11 - Diapositive

Veel landen worden ontwikkelingslanden genoemd. Waarom worden deze landen zo genoemd?
A
De ontwikkeling in deze landen staat bijna stil.
B
Deze landen moeten nog veel ontwikkeling doormaken.
C
De ontwikkeling in deze landen gaat achteruit.

Slide 12 - Quiz

Wat is geen kenmerk van ontwikkelingslanden?

A
voldoende geld
B
veel analfabetisme
C
weinig onderwijs
D
veel armoede

Slide 13 - Quiz

Met computergebruik en internet kun je de armoede bestrijden. Hoe zou dit kunnen?
A
Je kunt leuke spelletjes doen op de computer.
B
Met een computer kun je bankzaken regelen.
C
Computergebruik vergroot de kennis en de kans op werk.

Slide 14 - Quiz

Veel landen worden ontwikkelingslanden genoemd. Waarom worden deze landen zo genoemd?
A
De landen hebben veel ontwikkeling doorgemaakt.
B
De landen moeten nog veel ontwikkeling doormaken.
C
De ontwikkeling in deze landen staat bijna stil.
D
De ontwikkeling in deze landen gaat achteruit.

Slide 15 - Quiz

Iemand in een rijk land verdient gemiddeld bijna 50 keer zoveel als een inwoner van een ontwikkelingsland.
Is iemand uit een arm land dan ook 50 keer zo arm?
A
Ja, je kunt 50 keer minder kopen met het inkomen.
B
Nee, in een arm land heb je minder nodig.
C
Ja, in een arm land kun je veel minder kopen.
D
Nee, er wordt veel door mensen zelf geproduceerd.

Slide 16 - Quiz

Wat kunnen twee redenen zijn dat het geboortecijfer in een ontwikkelingsland groter is dan het sterftecijfer?
A
Minder mensen sterven door betere medische zorg.
B
Er is te weinig geld om grote families te onderhouden.
C
Het sterftecijfer onder kinderen is hoog.
D
Veel kinderen zijn nodig om mee te werken.

Slide 17 - Quiz

Oorlog veroorzaakt armoede, armoede veroorzaakt oorlog.. Leg eens uit?

Slide 18 - Question ouverte




Deze les:
 
Oorzaken van armoede


Slide 19 - Diapositive

Onder armoedegrens wordt meestal verstaan: 
het inkomen dat iemand nodig heeft om te kunnen voorzien in de basisbehoeften, dus de minimale voorwaarden die nodig zijn om menswaardig te kunnen leven: 
kleding, goed drinkwater, voldoende voedsel, goede huisvesting, goed onderwijs en goede gezondheidszorg.

Slide 20 - Diapositive

Begrippen 
Nationaal inkomen:
De som van alle inkomens in een land.

Nationaal inkomen per hoofd van de bevolking:
het gemiddelde jaarinkomen per persoon in een land.
Berekenen:
nationaal inkomen : aantal inwoners = inkomen per inwoner

Slide 21 - Diapositive

Berekening:
nationaal inkomen : aantal inwoners = inkomen per inwoner
Let op!
627 miljard : 16,6 miljoen
Inkomen 627 miljard = 627 000 000 000
inwoners 16,6 miljoen = 16 600 000

Handig rekenen!
= nullen wegstrepen bij delen
627000000000  : 16600000
6270000 : 166 = € 37771 

LET OP: afronden als dit wordt gevraagd!

Slide 22 - Diapositive

Oorzaken van armoede

Slide 23 - Diapositive

Armoedegrens ontwikkelingslanden
De Wereldbank stelt de absolute armoedegrens 
op $1,90 per dag. 

Een getal dat je als volgt moet lezen: 

iemand ‘die leeft van 1,90 dollar per dag’ heeft volgens deze maat ‘een consumptie die vergelijkbaar is met wat iemand in Amerika kan kopen voor dat bedrag’.   

Slide 24 - Diapositive

KBL uitleg H5.3
protectie = bescherming van eigen producten door invoerrechten/importheffingen (protectionisme)

               Armoede leidt tot armoede

Oorlog =  
  • vernietiging infrastructuur
  • sociale onrust, burgeroorlog

Slide 25 - Diapositive

Blz. 139:
Wat is belangrijke informatie uit deze vraag?

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Aandachtspunten bij deze opdracht

Slide 28 - Diapositive

 Rekentrainer KBL
13,9% = 0,139  (13,9:100)
5,2% = 0,052 (5,2:100)  
21% = 0,21 (21:100)
Rekenvoorbeeld eerste som:
invoerrechten:
€45000 x0,139 = €6255 
winkelprijs incl.invoerrechten:
€6255 + €45000=€51255
€51255 +(51255x0,21)= €62018,55
Kader: maak nu eerst rekenvaardigheden 5B. 


Slide 29 - Diapositive

KBL
Maak H5.3 + rekentrainer
LEES PRECIES!

Klaar: nakijken
Stel vragen als je het niet snapt!
Klaar: maak op de site van Malmberg oefentoets H5 paragraaf 1,2 & 3

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Vidéo

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Vidéo

Slide 35 - Lien

Slide 36 - Lien

Armoedegrens in Nederland

Slide 37 - Diapositive