T4 MK H6 Politie en officier 6.2

Lesopening
Leg je spullen op tafel. 
Lees 6.2 
Maak 5 t/m 8
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Lesopening
Leg je spullen op tafel. 
Lees 6.2 
Maak 5 t/m 8

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Leerdoelen
Je kent de 5 hoofdstaken van de politie en kunt daarbij de nodige bevoegdheden noemen en herkennen

Je weet wat de Officier van Justitie doet in het strafproces

Je weet wat sepot, schikking en vervolging is

Slide 3 - Diapositive

Terugblik

Slide 4 - Diapositive

Wat zijn de taken van de politie?

Slide 5 - Question ouverte

Taken politie
  1. Handhaven openbare orde
  2. Hulpverlening
  3. Opsporing 
  4. Preventie (voorkomen)
  5. Dienstverlening (advies en service)

 Rechter-commissaris is rechter met speciale taken (telefoon, observeren, woning doorzoeken)
Onder de verantwoordelijkheid van de burgemeester
afhandelen van verkeersongeval
Onder de verantwoordelijkheid van de Officier van Justitie
Maatregelen om misdaad te voorkomen: camera's en surveillance
Maatregelen die burgers kunnen nemen om inbraak te voorkomen

Slide 6 - Diapositive

Wat zijn de bevoegdheden van de politie?

Slide 7 - Question ouverte

Wat mag de politie doen?
Handelingen die de politie in bepaalde situaties mag doen
Een verdacht staande houden
Bekeuring geven
Aanhouden
Vasthouden
Fouilleren


identificatieplicht voor iedereen van 14 jaar en ouder
Arresteren en meenemen naar het bureau
Rechter-commissaris
Soms mag de politie alleen iets doen met toestemming van de OvJ of van de rechter-commissaris. Het gaat dan om bv telefoon afluisteren, iemand observeren of een woning doorzoeken

Slide 8 - Diapositive

Instructie

Slide 9 - Diapositive

Officier van justitie 
speciale ambtenaar die namens de samenleving bewijst zoekt tegen een verdachte en een straf eist. 

Opsporingsonderzoek leiden
beslist of verdachte naar de rechter gaat
eist een straf en voert deze uit. 

Slide 10 - Diapositive

proces verbaal
Agenten hebben een eigen visie over de gebeurtenissen. Ook dat staat in het proces verbaal vastgelegd. Agenten moeten de waarheid vertellen en mogen dus niet liegen om de verdachte later veroordeeld te krijgen.
Een proces verbaal vormt de basis voor het verdere onderzoek dat gevoerd gaat worden door de politie en Justitie.
Een verdachte geeft een verklaring af. Dit komt in het proces verbaal te staan. De verdachte mag de boel bij elkaar liegen en mag zelfs weigeren te ondertekenen.

Slide 11 - Diapositive

Wel of niet naar de rechter?
Officier van Justitie heeft 3 opties

Seponeren 
= geen rechtsvervolging
(onvoldoende bewijs, voldoende gestraft, afkicken)
Schikken = geldboete (vaak met lichtere zaken)
Vervolgen= rechtszaak

vernieling en winkeldiefstal. Rechters houden zo meer tijd over voor de zware criminaliteit
Officier van Justitie wordt openbare aanklager genoemd

Slide 12 - Diapositive

Begeleid inoefenen

Slide 13 - Diapositive

Bij een schikking is een verdachte van de zaak af
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quiz

Er komt een rechtszaak als een verdachte een transactievoorstel weigert
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quiz

Huiszoeking doen mag alleen met toestemming van de korpschef
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quiz

Seponeren vindt plaats als de noodzaak tot straffen niet hoog is
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quiz

Zelfstandig werken
Basis: Opdracht 5 t/m 8, 10 t/m 17, begrippen en samenv.
Plus: 5, 10 t/m 17, begrippen en samenvatting
Intensief: 5 t/m 8, 16, begrippen en samenvatting

Klaar? Kijk na. Maak de examenopgaven H5-6

Slide 18 - Diapositive

Huiswerk
Basis: Opdracht 5 t/m 8, 10 t/m 17, begrippen en samenv.
Plus: 5, 10 t/m 17, begrippen en samenv.
Intensief: 5 t/m 8, 16, begrippen en samenvatting

Ma 16 november: SO H4 t/m 6

Slide 19 - Diapositive