H3D- Wednesday 13 May

H3D- Wednesday 13 May
Goal(s): 
- recap Indirect speech
- discuss one/ones
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

H3D- Wednesday 13 May
Goal(s): 
- recap Indirect speech
- discuss one/ones

Slide 1 - Diapositive

Indirect speech (indirecte rede)
-Wordt gebruikt wanneer je wilt vertellen wat een ander heeft gezegd (bijv. roddelen). 
- Hoe? Je gaat 1 stapje terug in de tijd.

Slide 2 - Diapositive

1 stap terug
Direct speech
Indirect Speech
Present simple
ww (+s)
Past simple
ww+ed/2e rij
Present continuous
am/is/are+ww-ing
Past continuous
was/were + ww-ing
Past simple
ww+ed/ 2e rij
Past perfect
had+vdw

Slide 3 - Diapositive

Lisa: 'I met Rick last summer.'
A
Lisa said (that) she had met Rick last summer.
B
Lisa said she has met Rick last summer.

Slide 4 - Quiz

Justin: 'I am playing tennis with Jason.'
A
Justin said (that) he has been playing tennis with Jason.
B
Justin said (that) he was playing tennis with Jason.

Slide 5 - Quiz

one/ones
Als je een zelfstandige naamwoord verderop in een zin wilt herhalen. Het zelfstandig naamwoord zelf is dan al eerder voorgekomen.
Bijvoorbeeld: I'll take the blue shirt and the red one. Je weet al dat het hier gaat over een shirt en hoef je dat niet nog eens te herhalen dus vervang je het woord shirt met one in de tweede deel van de zin.

Slide 6 - Diapositive

one/ones
one: enkelvoud
                  ones: meervoud
Waar in een zin? 
1. na een bijvoeglijk naamwoord
See those two girls? Helen is the tall one and Jane is the short one.

2. na which in vragen: 
You can borrow a book. Which one do you want?
Which ones are yours?

Slide 7 - Diapositive

one/ones
3. na this (ev), that (ev), these(mv) en those(mv):
Do you like cars? I like these ones a lot.
I have no idea which video to watch. Watch this one

4. als zelfstandig naamwoord na een the:
Which cups are yours? The ones in the cupboard.

Slide 8 - Diapositive

Who's Martin? He's the ..... in the orange shirt.
A
one
B
ones

Slide 9 - Quiz

Can I see your holiday photos?
Do you mean these ..... from Croatia?
A
one
B
ones

Slide 10 - Quiz

Can you grab my shoes for me? Sure, which .... do you want?
A
one
B
ones

Slide 11 - Quiz

What to do?
Leren woordjes G, H+ I (TB p. 82+83)
Bestudeer
- Grammar 13+ 14 TB p.75
- Lezen TB p.76
(af) maken**
Ex. 13, 14, 15, 19, 20 +21 (WB p.12-13, 16)
**De laatste les van de week krijgen jullie de antwoorden via SOM, maak een foto van je nagekeken werk en stuur het naar mij (kel) vóór 23.59 uur via SOM

Slide 12 - Diapositive