Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Samenvatting cursus 7.1-7.5
Samenvatting cursus 7
1 / 20
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Cette leçon contient
20 diapositives
, avec
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Samenvatting cursus 7
Slide 1 - Diapositive
(leesteken) Vraagteken ?
Vraagtekens gebruik je na een vraag.
Ken jij die muziekband?
Weet je hoe laat we beginnen?
Welke tram moet ik nemen?
Slide 2 - Diapositive
(leesteken) Uitroepteken !
Uitroeptekens gebruik je om een zin extra nadruk te geven.
Ik doe mee!
Ik zei stop daarmee!
Het is echt heel mooi!
Slide 3 - Diapositive
Wie mag er niet zwemmen?
Slide 4 - Diapositive
Wat moet er hier gebeuren?
Wat moet er hier gebeuren?
Slide 5 - Diapositive
2 opties
Slide 6 - Diapositive
§2 - Leestekens; punt, uitroepteken, vraagteken
-Er zijn meerdere leestekens
PUNT
- Markeert het einde van een zin
UITROEPTEKEN
- Markeert een uitroep (schreeuw, gil, roep)
VRAAGTEKEN
- Markeert een vraag of een vragende zin
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Herhaling instructie
Hoofdletters
: aan het begin van de zin en bij namen.
Regel:
Een zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt, uitroepteken of vraagteken!
Slide 9 - Diapositive
Hoofdletters
1. Aan het begin van de zin
2. Bij namen (plaatsen, feesten, landen)
Let op: bij dagen van de week, maanden en windstreken
géén hoofdletter!
Slide 10 - Diapositive
De laatste letter -d of -t
Paard, potlood
Olifant, wit
Hoe weet je dit?
1. Uit je hoofd leren
2. Verlengproef (+e(n) of +er(en)
3. Werkwoordschema - T' Kofschip
Slide 11 - Diapositive
§4 - Meervouden
Enkelvoud = Één
Meervoud = Meer dan een
+en
+s
-F veranderd in v
-S veranderd in z
-Medeklinker verdubbeld
-Klinker wordt weggehaald
Slide 12 - Diapositive
Vragen?
Slide 13 - Diapositive
Leestekens
Welke ken je allemaal?
Slide 14 - Diapositive
Meervouden
Als er van iets één is, noem je dat enkelvoud. Als er van iets meer dan één is, noem je dat meervoud.
Weten jullie voorbeelden van enkelvoud en meervoud?
Slide 15 - Diapositive
Verkleinwoorden
Wat zijn dit?
Slide 16 - Diapositive
Regel:
Een zin begint altijd met een hoofdletter
en
eindigt met een punt, vraagteken of uitroepteken.
Slide 17 - Diapositive
Zo maak je een meervoud
Een meervoud maak je meestal door
-en
of
-s
achter het woord te zetten:
vriend --> vriend
en
krant --> krant
en
tafel --> tafel
s
wielrenner --> wielrenner
s
Slide 18 - Diapositive
Meervouden
Let op: soms moet je daarnaast nog
- Een
-f
in een
-v
veranderen
Brie
f
--> brie
v
en; dui
f
--> dui
ven
- Een
-s
in een
-z
veranderen
Gan
s
--> gan
z
en; palei
s
--> palei
z
en
Slide 19 - Diapositive
Meervouden
Let op: soms moet je daarnaast nog
- De laatste letter (medeklinker) verdubbelen
jas -> jas
s
en; pit --> pit
t
en
- Een
a, e, o
of
u
(klinker) weghalen
mu
u
r --> muren; he
e
r --> heren
Slide 20 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Les 11 - 1KB - Maandag 9 okt.
October 2023
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Les 11 - 1KA - woensdag 10 okt.
October 2023
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Les 10 - 1HN - Woensdag 10 okt.
October 2023
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Paragraaf 7.2: punt, uitroepteken, vraagteken
May 2024
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Les 13 - 2HN - Woensdag 4 okt.
October 2023
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Les 9 - 1KA - Maandag 2 okt.
September 2023
- Leçon avec
13 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Les 9 - 1KB - Maandag 2 okt.
September 2023
- Leçon avec
18 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Herhaling leerjaar 1
November 2024
- Leçon avec
13 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1