Les 3 Neerslag

H2 Par 4. Neerslag
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

H2 Par 4. Neerslag

Slide 1 - Diapositive

Planning
- Herhaling par 2 + 3 via Forms zie link bij hw magister vandaag
- Uitleg Neerslag 
- Maken opdrachten 
- Afsluiting

Slide 2 - Diapositive

hoogtegordel
  • een grens tot aan waar bepaalde planten kunnen groeien.
  • Dit komt door het temperatuurverschil in hoogte.
  • bomen groeien tot -3 graden Celcius, daarna zijn er geen bomen meer.
  • Per 1000 meter omhoog, zakt de temperatuur met 6 graden Celcius.

Slide 3 - Diapositive

Zet de hoogtegordels op de juiste plaats in de tekening.
loofboomgordel
naaldboomgordel
alpenweiden
rotsgordel
eeuwige sneeuw

Slide 4 - Question de remorquage

Welke hoogtegordel zie je op de voorgrond?
A
Loofboomgordel
B
Rotsgordel
C
Naaldboomgordel
D
Alpenweide

Slide 5 - Quiz

Temperatuurfactoren: land en zee
Gesteldheid aardoppervlak/ land-zeeverdeling:
Gesteldheid aardoppervlak/ land-zeeverdeling: water koelt minder snel af en warmt minder snel op.

Slide 6 - Diapositive

Onthoud:
Land warmt snel op en koelt snel af. 
Water warmt langzaam op en koelt langzaam af. 

Slide 7 - Diapositive

Op het plaatje zien we,
A
Aanlandige wind.
B
Aflandige wind.

Slide 8 - Quiz

Een aflandige wind in de winter is.....
A
Relatief warm , want water warmt snel op in de zomer.
B
Relatief koud, want water koelt langzaam af in de winter.
C
Relatief warm, want land warmt snel op de zomer.
D
Relatief koud, want land koelt snel af in de winter.

Slide 9 - Quiz

Instructie H2 Par 4

Slide 10 - Diapositive

Leerdoelen
- Je weet hoe neerslag ontstaat.
- je weet hoe stijgingsneerslag ontstaat. 
- je weet  hoe stuwingsneerslag ontstaat. 
- Je begrijpt hoe de lange en korte waterkringloop werken. 

Slide 11 - Diapositive

Verdamping en condensatie
Verdamping = een vloeistof die in een gas verandert. 

Condensatie = een gas die in een vloeistof verandert. 

Koude lucht kan minder waterdamp  bevatten dan warme lucht. 

Slide 12 - Diapositive

https://schooltv.nl/video/neerslag-hoe-ontstaat-regen-hagel-en-sneeuw/

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Stuwingsregens
Frontale regens (hoef je niet te kennen)
Frontale regens
Front betekent bosting

Frontale regens is een otsign van twee luchtsoorten. 
Warme en koude lucht. 

Wetmatigheid(regel) koude lucht is sterker dan warme lucht én dus moet warme lucht omhoog. Een gevolg is dat deze warme lucht opstijgt, afkoelt én condenseert. Gevolg= neerslag

Slide 15 - Diapositive

Regen in de tropen

Slide 16 - Diapositive

Stuwingsregen

Slide 17 - Diapositive

ezelsbruggetje
Lij = blij (het is er droog)
Loef = droev(ig) (Er is hier veel neerslag)

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 20 - Carte mentale

Maken HW Par4 neerslag
Opdracht 1 -5 + Samenvatten. 


Slide 21 - Diapositive