Verschillende soorten drugs: Algemene kennis

• Zorg en Welzijn
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

Drugs

Leerdoel

Aan het einde van deze les weet je meer over verschillende soorten drugs en wat het met je doet.

Introduceer het leerdoel van de les.

Wat weet jij al over drugs?

Het ontstaan van drugs

Drugs bestaan al zeker 7000 jaar, misschien zelfs nog wel langer.

Alle drugs komen oorspronkelijk uit de natuur: hasj van de hennepplant, cocaïne van de cocaplant. Meestal werden de drugs vroeger als medicijn gebruikt.

Er werd bijvoorbeeld op cocabladeren gekauwd om ademhalingsproblemen te voorkomen.

Wat zijn drugs?

Drugs zijn stoffen die het zenuwstelsel beïnvloeden en daardoor het gedrag en de stemming van een persoon veranderen.

Geef een algemene definitie van drugs en leg uit dat drugs het zenuwstelsel beïnvloeden.

Er zijn verschillen in drugs

Uppers

Downers

Trippers

drugs met meerdere effecten

Noem redenen om softdrugs te gebruiken

Bij moeheid om je fitter voelen

Voor de lekkerheid en de kick

Bij onzekerheid en stoerdoenerij

Bij verveling

Erbij willen horen

Bij huiselijk geweld om je beter te voelen

Experimenteren

Als problem solver

Waarom gebruiken mensen drugs?

Mensen gebruiken drugs om verschillende redenen, zoals om zich beter te voelen, te ontspannen of om sociale redenen.

Verschillende mensen, hebben verschillende redenen hebben om drugs te gebruiken.

Wat doet drugs met je?

1. het werkt stimulerend
2. het werkt verdovend
3. geeft een bewustzijnsverandering
4. A, B en C

Welke soort drugs vertragen de hartslag en ademhaling?

1. Hallucinogene middelen
2. Verdovende middelen
3. Stimulerende middelen
4. Pijnstillers

Welke soort drugs versnellen de hartslag en ademhaling?

1. Stimulerende middelen
2. Verdovende middelen
3. Hallucinogene middelen
4. Antibiotica

wat valt onder softdrugs

1. Hasj
2. MDMA
3. Wiet
4. Coke

Softdrugs: Wiet, khat, hasj en lijm snuiven

Harddrugs: heroïne, cocaïne, morfine, LSD en XTC

Stimulerende middelen, uppers

Stimulerende middelen worden gebruikt om de alertheid en energie te verhogen, zoals cocaïne en speed.

Leg uit wat stimulerende middelen zijn en geef voorbeelden van drugs die onder deze categorie vallen.

Verdovende middelen, downers

Verdovende middelen worden gebruikt om pijn te verminderen en om te ontspannen, zoals opiaten en heroïne.

Leg uit wat verdovende middelen zijn en geef voorbeelden van drugs die onder deze categorie vallen.

Slaap- en kalmeringsmiddelen

Hallucinogene middelen

Hallucinogene middelen veranderen de perceptie, gedachten en emoties van een persoon, zoals LSD en paddo's.

TRIPPERS

 'Je ziet, hoort, ruikt, voelt, beleeft dingen anders dan de werkelijkheid.'

Leg uit wat hallucinogene middelen zijn en geef voorbeelden van drugs die onder deze categorie vallen.

Wat is de schade voor een drugsgebruiker met een verslaving?

1. Zowel fysieke als mentale schade.
2. Geen schade.
3. Sociale en financiële problemen.
4. Alleen financiële schade.

Hoeveel betalen gebruikers gemiddeld voor een xtc-pil?

1. Minder dan 2 euro per pil.
2. Tussen de 2,50 en 5 euro per pil.
3. Meer dan 10 euro per pil.
4. Tussen de 5 en 10 euro per pil.

Wat zijn de kosten van drugs voor de samenleving?

1. Miljarden euro's per jaar.
2. Enkele honderden euro's per jaar.
3. Tientallen euro's per jaar.
4. Duizenden euro's per jaar.

Wat zijn de effecten van drugs op de omgeving?

1. Het kan leiden tot overlast en criminaliteit
2. Het verbetert de leefbaarheid
3. Het zorgt voor meer sociale controle
4. Het vermindert de werkdruk voor hulpverleners

Wat zijn de effecten van drugs op het gedrag?

1. Het vermindert agressie
2. Het verhoogt de empathie
3. Het kan leiden tot impulsief en agressief gedrag
4. Het verbetert de sociale vaardigheden

Wat zijn de effecten van drugs op de hersenen?

1. Het maakt emotioneel stabieler
2. Het vermindert stress en angst
3. Het verbetert het geheugen
4. Het kan leiden tot verslaving en geheugenproblemen

Wat zijn de effecten van drugs op het lichaam?

1. Het versterkt de spieren
2. Het kan leiden tot uitdroging en vermoeidheid
3. Het kan zorgen voor een betere weerstand
4. Het verbetert de spijsvertering

Wat zijn de effecten van drugs op het zenuwstelsel?

1. Het kan zorgen voor schade aan de neuronen
2. Het kan zorgen voor een betere concentratie
3. Het verbetert de werking van het zenuwstelsel
4. Het heeft geen effect op het zenuwstelsel

Risico's van drugsgebruik

Drugsgebruik kan leiden tot gezondheidsproblemen, verslaving en andere risico's zoals risicovol gedrag en het verstoren van relaties.

Benadruk de risico's van drugsgebruik en leg uit hoe drugsgebruik kan leiden tot verslaving en gezondheidsproblemen.

Wat zijn de risico's van het gebruik van partydrugs?

1. Meer inzicht, betere communicatie, meer empathie en betere relaties.
2. Betere concentratie, meer energie, minder eetlust en betere stemming.
3. Oververhitting, uitdroging, uitputting en hartproblemen.
4. Minder angst, betere nachtrust, minder pijn en meer creativiteit.

Welke drugs worden vaak als partydrugs gebruikt?

1. Heroïne, wiet en paddo's.
2. Valium, Ritalin en morfine.
3. XTC, speed en cocaïne.
4. LSD, ketamine en GHB.

partydrugs is een verzamelnaam

Het geeft energie en opgewekt gevoel

Het gebruik blijft beperkt

de inname verschilt per stad

Bedenk dat lachgas al vele slachtoffers heeft gemaakt.

Niet zo lachwekkend after all!

Conclusie

Het is belangrijk om de risico's van drugsgebruik te begrijpen en om verantwoordelijk te zijn als het gaat om drugsgebruik.

Herhaal het belang van het begrijpen van de risico's van drugsgebruik en benadruk het belang van verantwoordelijkheid.

Samengevat

Drugs beïnvloedt het bewustzijn

Je hebt uppers, downers en trippers

Er is verschil tussen soft- en harddrugs

Er zijn kosten aan verbonden

We hebben het over de effecten van drugs gehad

Je weet waar party drugs voor staat

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.