2t2 Unité 5

Unité 5: Ça vaut le detour
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
SblMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Unité 5: Ça vaut le detour

Slide 1 - Diapositive

Le cours de Français
- Neem elke les je werkboek mee.
     - 1x niet mee: waarschuwing
     - 2de x : woorden uit de woordenlijst op papier overschrijven. 

- Houd rekening met elkaar, durf te spreken, help elkaar. 

Slide 2 - Diapositive

La date: mercredi 22 mai 
- Présentations 
- Cette semaine: 
- Planning 
- Les devoirs

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Page 82: 
Un tour du monde en France
l'Île: het eiland
paradisiaques: paradijselijk
dangereux: gevaarlijk
cèlèbres: beroemd
l'espace: de ruimte
l'eau: het water
au bord : aan de kant 
grâce: dankzij
vivent: leven
adultes: volwassenen
le sable: het zand
interdit: verboden
toucher: aanraken

Slide 5 - Diapositive

Exercices et devoirs
Faire exercices: page 83 toute la page
page 84 toute la page
Fini: Lesson-up extra

Slide 6 - Diapositive

Wat betekent: Ça vaut le détour ?
A
We gaan terug naar huis
B
Het is niet de moeite waard
C
Het is de moeite van het omrijden waard
D
Er is een wegomleiding

Slide 7 - Quiz

Welk aanwijzend voornaamwoord hoort bij dit zelfstandig naamwoord:
l'hôtel
A
Cette
B
Ces
C
Ce
D
Cet

Slide 8 - Quiz

Hoe schrijf je:
Op de zesde plaats
in het Frans? En ...

Slide 9 - Question ouverte

Hoe zeg je in het Frans:
Ik weet zeker dat je het leuk gaat vinden
A
Je sais que tu vas en vacances
B
Je suis sûr que tu vas aimer
C
Je ne suis pas un touriste
D
Je sais bien parler anglais

Slide 10 - Quiz

Wat is de juiste vorm van 'voir' in de passé composé ?
A
Tu es vu le journal ?
B
Tu a vu le journal ?
C
Tu ai vu le journal ?
D
Tu as vu le journal ?

Slide 11 - Quiz

La Guadeloupe fait partie des Antilles , au nord de l'Amérique du sud.
Waar ligt Guadeloupe?
A
In het zuiden van Noord-Amerika
B
In het zuiden van Zuid-Amerika
C
In het noorden van Zuid-Amerika
D
In het noorden van Noord-Amerika

Slide 12 - Quiz

Welke aanwijzend voornaamwoord zet je voor ....... plage?
A
cette
B
ce
C
ces
D
cet

Slide 13 - Quiz

Wat is de juiste vertaling van 'jij ziet' ?
A
Tu voi
B
Tu voient
C
Tu voit
D
Tu vois

Slide 14 - Quiz