4.3 Kracht en arbeid

4.3 Kracht en arbeid
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 29 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

4.3 Kracht en arbeid

Slide 1 - Diapositive

Planning (les 1)
Uitleg verschillende vormen van energie

Uitleg arbeid

Maken van opdrachten

Slide 2 - Diapositive

Na deze les(sen) kan je..
Verschillende manieren beschrijven om een voortstuwende kracht te produceren

Uitleggen hoe arbeid afhangt van de afstand en voortstuwende kracht

Berekeningen uitvoeren met arbeid (voortstuwende kracht en afstand)


Slide 3 - Diapositive

Na deze les(sen) kan je..
Het energiediagram van brandstof- en elektromotoren tekenen en toelichten

Uitleggen dat arbeid even groot is als de hoeveelheid nuttige gebruikte energie

Het rendement van brandstof- en elektromotoren berekenen

Slide 4 - Diapositive

Verschillende vormen van energie
Dingen op aarde bewegen niet uit zichzelf

En als ze bewegen zullen ze uiteindelijk ook stoppen





Slide 5 - Diapositive

Verschillende vormen van energie
Er is altijd een kracht nodig om iets in 
beweging te brengen (ookwel voortstuwende kracht)

En er zal ook altijd een tegenwerkende kracht zijn


Slide 6 - Diapositive

Verschillende vormen van energie
Voortstuwende kracht kan je op verschillende manieren produceren

Door een motor bijvoorbeeld

Deze brengt een voertuig in beweging

Slide 7 - Diapositive

Verschillende vormen van energie
Chemische energie wat opgeslagen is in benzine wordt door verbranding omgezet tot bewegingsenergie

Dit geeft de voortstuwende kracht

Door te tanken vul je het voertuig aan met 
nieuwe chemische energie

Slide 8 - Diapositive

Verschillende vormen van energie
Treinen en trams ontvangen hun elektrische energie via een bovenleiding

Als de spanning in de bovenleiding uitvalt, kan het voertuig niet langer in beweging worden gebracht

Slide 9 - Diapositive

Verschillende vormen van energie
En wat voor vorm van energie gebruikt deze boot om te bewegen?
  • Windenergie!

Slide 10 - Diapositive

Verschillende vormen van energie
Doordat er lucht langs de zeilen beweegt wordt de boot in beweging gebracht

Hoe harder het waait
hoe meer voortstuwende kracht op de boot
geleverd wordt!

Slide 11 - Diapositive

Verschillende vormen van energie
Elk vervoersmiddel op aarde maakt dus gebruik van een bepaalde vorm van energie om in beweging te komen en blijven

Zonder energiebron valt de voortstuwende kracht weg
en komt het vervoersmiddel tot stilstand

Slide 12 - Diapositive

Arbeid
De motor van een voertuig kan slechts een deel van de chemische enerige nuttig gebruiken

Met dit deel van de energie wordt arbeid verricht

Slide 13 - Diapositive

Arbeid
Arbeid is de kracht die ontstaat wat het voertuig voortstuwt van vertrekpunt naar eindbestemming

Hoe meer arbeid een voertuig moet verrichten
Hoe meer energie er nodig is

Slide 14 - Diapositive

Arbeid
Hoeveel arbeid verricht wordt is afhankelijk van 2 factoren

1 De afstand
2 De trekkracht 

Slide 15 - Diapositive

Arbeid
Waarom afstand?

Denk bijvoorbeeld eens aan een elektrische trein die wat wagons trekt

Om een afstand van 1000km af te leggen
Is 2 keer zo veel energie nodig dan bij het afleggen van 500km

Als de afstand verdubbelt. Verdubbelt ook de arbeid

Slide 16 - Diapositive

Arbeid
Waarom trekkracht?

We nemen even dezelfde trein met wagons

Stel we trekken eerst 30 wagons, maar daarna vergroten we het aantal wagons naar 60

Moet de trekkracht dus 2 keer zo groot zijn om alles mee te trekken!

Slide 17 - Diapositive

Arbeid
We zouden de trekkracht kunnen vergroten door een extra locomotief toe te voegen

Ze gebruiken dan twee keer zo veel energie
maar ze vervoeren ook de dubbele hoeveelheid aan lading!

(1 locomotief = 30 wagons 2 locomotieven = 60 wagons)

Ook in dit geval verdubbelt de arbeid

Slide 18 - Diapositive

Arbeid
En ja ook hier hoort een berekening bij :)

W = arbeid (in Nm)
F = kracht op het bewegende voorwerp (in N)
s = afstand die het voorwerp heeft afgelegd (in m)

Slide 19 - Diapositive

Newtonmeter en Joule
In de afbeelding zien we het energiestroomdiagram van een automotor

De motor gebruikt iets meer dan 1/3 van de toegevoerde chemische energie om arbeid te verrichten 

Slide 20 - Diapositive

Newtonmeter en Joule
Een groot deel van de energie gaat verloren aan (afval)warmte

Deze warmte wil je zo veel mogelijk afvoeren door te koelen of via de uitlaatgassen

Slide 21 - Diapositive

Newtonmeter en Joule
De verrichte arbeid is evenredig met de nuttig gebruikte energie

Voor een bepaalde hoeveelheid nuttig gebruikte energie krijg je altijd dezelfde hoeveelheid arbeid

Slide 22 - Diapositive

Newtonmeter en Joule
Om deze reden zijn de eenheden van arbeid en energie op elkaar afgestemd

1Newtonmeter staat namelijk gelijk aan 1 Joule
(1Nm = 1J)

Slide 23 - Diapositive

Newtonmeter en Joule
Tijdens het rijden wordt de nuttig gebruikte energie omgezet in andere vormen van energie

-bewegingsenergie
-warmte
-geluid


Slide 24 - Diapositive

Newtonmeter en Joule
Arbeid is dus geen vorm van energie!

Maar enkel een proces waarbij energie wordt omgezet

(let op: de hoeveelheid arbeid is even groot als de hoeveelheid nuttig gebruikte energie)

Slide 25 - Diapositive

Rendement 
Met de formule W = F * s 
kan je makkelijk bepalen hoeveel energie nuttig wordt gebruikt

Maar we kunnen ook het rendement van een motor berekenen!

Slide 26 - Diapositive

Rendement 
Enuttig = de nuttig gebruikte enerige
Ein (of Etotaal) = de totale hoeveelheid verbruikte energie 

Etotaal kan je berekenen door het benzineverbruik van bijvoorbeeld je auto te meten

Slide 27 - Diapositive

Maken opgaven
Maak van 4.3 
Opgave 1, 4, 5 en 6 (les 1)

Maak de resterende opgaven af voor les 2

En maak de opgave van les 1 ook af (mocht je hier nog niet klaar mee zijn)


Slide 28 - Diapositive

Einde van de les

Slide 29 - Diapositive