Doelgroepen les 7

• persoonlijke verzorging
• MBO
• Studiejaar 3

Ondersteunen van mensen met een meervoudige beperking

Wat is een meervoudige beperking?

Oorzaak is zuurstofgebrek voor, tijdens of (direct) na de geboorte. Problemen met slikken, hoesten, kauwen en spreken. Spasticiteit, verlammingen van een of meerdere ledematen en ataxie (coördinatiestoornis)

1. Verstandelijk - autisme
2. Verstandelijk - motorisch
3. Verstandelijk - zintuiglijk

90% van de gevallen is erfelijk bepaald. De stoornis is blijvend, de mate van gedrag is niet blijvend. Beperking sociale contacten en communicatie. Beperkte en herhaalde gedragspatronen en star gedrag.

1. Verstandelijk - autisme
2. Verstandelijk - motorisch
3. Verstandelijk - Zintuiglijk

60-75% heeft de ene vorm, 30% heeft de tweede vorm. Deze mensen hebben problemen met het opnemen en verwerken van informatie en we spreken hierbij van onderdiagnostiek.

1. Verstandelijk - autisme
2. Verstandelijk - motorisch
3. Verstandelijk - zintuiglijk

Planning

Theorie:  

PBGZ (B) Thema 8 Ho. 26.1 t/m 26.4

Gedrag is communicatie

• Zoek betekenis
• Ruimte voor zelfbepaling
• Mogelijkheden creëren 
• Beperkte uitingsmogelijkheden
• Checklist pijngedrag
  

Checklist pijngedrag

Gezichtsexpressie

Stemming

Vocalisaties (jammeren)

Fysiologische signalen

(tranen)

Observeren tijdens ontspanning waarbij pijn afwezig is

Lichamelijke verzorging

Long- en ademhalingsproblemen

Problemen met het hart en de bloedsomloop

Problemen bij de spijsvertering

Problemen met de uitscheiding en huidproblemen

Gebitsproblemen en nagelverzorging

Refluxziekte

Te veel maagzuur en leidt tot ontstekingen en zuurbranden

Zweren in de slokdarm, bloedarmoede en kans op slokdarmkanker

Braken, bloedbraken, bleodarmoede, voedselweigering of longontsteking

Gedragsverandering

Sondevoeding

Neussonde of PEG-sonde 

Werk hygiënisch

Ruiken en proeven basale levensbehoefte

Belang van spel en activiteiten

• Invulling vrije tijd
• Positief effect motorisch, cognitief, sociaal en emotioneel
• Afname probleemgedrag
• Eigenwaarde en voldoening versterken
• Sociaal contact en communicatie
  

Gebrek aan verkenningsgedrag, hij komt uit zichzelf niet tot een activiteit als je hem alleen maar (spel)materiaal aanbiedt. 

Gebrek aan focus. Hij richt zich vaak niet op wat het meest in het oog springt of het belangrijkste is. Hij merkt juist andere dingen op.

Hij vertoont vaak een vertraagde kijk-, luister- en grijpgerichtheid. Het duurt langer voordat iets tot hem doordringt, voordat hij in actie komt.

Hij kan op aangeboden prikkels reageren met extreme reactiepatronen, zoals hyperactief of juist teruggetrokken.

Maak een flyer over jouw activiteit en ligt de aandachtspunten toe

Het werk van een penitentiair inrichtings-medewerker

Planning

Theorie : PBSD Thema 6 

Ho. 18.1 t/m  18. 4 

Wat is detentie?

1. Gevangenisstraf
2. Gevangene
3. Delinquent
4. Justitiabele

Wat is het huis van bewaring?

1. Een cellencomplex waar jij je straf uitzit
2. Voorlopige hechtenis
3. Een afgesloten en beveiligd cellencomplex
4. Een gevangenis speciaal voor mannen

Penitentiair inrichtingswerker

• PIW'er
• Gedetineerden zijn meer dan hun misdrijf
• Inleven
• Grenzen stellen
  

Fasen detentieperiode

• 3 fasen
• Instroomfase 
• Doorstroomfase 
• Uitstroomfase
  

Instroom

• 1e ontvangst visitatie/BAD (binnenkomst afdeling delinquenten)
• Preciosazak (geld, pasjes, papieren)
• Handdoeken, tandpasta en scheergerei
• MD lichamelijk en geestelijk onderzoek
• Bevolkingsadministratie
• Leefafdeling 
• Detentie & Re-integratie-plan 
  

Doorstroom

• Mentor/PIW'er
• D&R-plan besproken, aangepast, MDO
• Programma kies voor verandering 
• Tra(terugkeeractiviteiten)-plan
• Voorwaarde taaltoets
• Mentorgesprekken
• Detentiefasering
  

Uitstroom

• Gefaseerd verlaten
• 5 basisvoorzieningen: identiteitsbewijs, inkomen en werk/studie, schulden, onderdak/huisvesting en zorg
• Nazorg (reclassering, zorginstellingen)
• Goede communicatie en samenwerking
  

Gedragscriteria

Welke rol heb je als PIW'er op de leefafdeling?

Welke rol heb je als mentor?

Met welke collega's heb je te maken?

Omgang met gedetineerden

• Hangt af van de situatie
• Je moet flexibel zijn
• Gedragscode (repect, openheid, betrouwbaarheid en professionaliteit)
  

Respect

Openheid

Betrouwbaarheid

Professionaliteit

Eerlijk en effectief communiceren. Uitspreken, aanspreken, bespreken en afspreken

Collega's en gedetineerden kunnen je vertrouwen en altijd op je rekenen. Je houdt je aan regels en komt je afspraken na.

Begrip hebben voor een ander, betrokkenheid en belangstelling tonen. Wie respect geeft, maakt meer kans om respect te krijgen.

Je werkt bekwaam, je houdt je aan regels en helpt collega's zich ook aan de regels te houden. Een balans vinden tussen afstand en betrokkenheid.

Wat houdt empathisch vermogen in?

PBGZ

Opdrachten werkboek 

Max is zelfstandiger dankzij  

hulpmiddelen. Werkboek (A) 

blz. 306 

Het gaat niet goed met Mirte,  

die een meervoudige  

beperking heeft. Werkboek B  

Blz. 32

PBSD

Opdrachten werkboek 

Leven van twee euro per dag  

Werkboek blz. 143 t/m 145 

Wesley wordt opnieuw  

opgesloten in de isoleercel.  

Werkboek blz. 166

Opdrachten

Werkboek PBGZ (B) Thema 8  

Ho. 26 opdr. 1 t/m 6

Werkboek PBSD Thema 6 

Ho. 18 opdr. 1 t/m 7 

Volgende week

PBGZ  (B) Thema 8 Ho. 27.1 t/m 27.4 Bijzondere ondersteunings-methodieken 

PBSD Thema 6 Ho. 19.1 t/m  19.3 Regelgeving en  voorzieningen