1vwo, Chap 5, Phrases-clés C + G
1 / 24
La durée de la leçon est: 17 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Traduis en français: Heb je een leuk weekend gehad?
Slide 2 - Question ouverte
Traduis en français: Ja, ik heb mijn verjaardag gevierd.
Slide 3 - Question ouverte
Traduis en français: Ja, wij hebben een film gekeken.
Slide 4 - Question ouverte
Traduis en français: Met wie?
Slide 5 - Question ouverte
Traduis en français: Met mijn vrienden en Enzo.
Slide 6 - Question ouverte
Traduis en français: Wie is dat, Enzo?
Slide 7 - Question ouverte
Traduis en français: Dat is mijn neef.
Slide 8 - Question ouverte
Traduis en français: Was het leuk?
Slide 9 - Question ouverte
Traduis en français: Ja, het was super.
Slide 10 - Question ouverte
Traduis en français: Wanneer ben je jarig?
Slide 11 - Question ouverte
Traduis en français: op 4 april.
Slide 12 - Question ouverte
Slide 13 - Diapositive
Traduis en français: Hoe ziet jouw broer eruit?
Slide 14 - Question ouverte
Traduis en français: Mijn broer heeft bruin haar.
Slide 15 - Question ouverte
Traduis en français: Hij heeft blauwe ogen.
Slide 16 - Question ouverte
Traduis en français: Hij draagt een bril.
Slide 17 - Question ouverte
Traduis en français: Is hij groot?
Slide 18 - Question ouverte
Traduis en français: Nee, hij is klein.
Slide 19 - Question ouverte
Traduis en français: Is hij aardig?
Slide 20 - Question ouverte
Traduis en français: Ja, en hij is grappig.
Slide 21 - Question ouverte
Traduis en français: Houdt hij van sport?
Slide 22 - Question ouverte
Traduis en français: Ja, hij houdt van tennis.
Slide 23 - Question ouverte
Traduis en français:
