Spellingquiz.1 en 2

1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Categorie 1
Algemene instinkers

Slide 2 - Diapositive

onmiddelijk
A
goed
B
fout

Slide 3 - Quiz

spaghetti
A
goed
B
fout

Slide 4 - Quiz

satelliet
A
goed
B
fout

Slide 5 - Quiz

abonnee
A
goed
B
fout

Slide 6 - Quiz

frunikken
A
goed
B
fout

Slide 7 - Quiz

portemmonee
A
goed
B
fout

Slide 8 - Quiz

Categorie 2: werkwoorden

Slide 9 - Diapositive

Het lijkt net of je in een film belan- bent.
A
beland
B
belandt

Slide 10 - Quiz

Ik loop hard op de ........ weg.
A
verbreedde
B
verbrede

Slide 11 - Quiz

Ik laat zien dat ik altijd in je heb geloof-
A
gelooft
B
geloofd

Slide 12 - Quiz

De verwach_ positieve reactie bleef helaas uit.
A
verwachte
B
verwachtte
C
verwachten
D
verwachtten

Slide 13 - Quiz

Wor- je klas vandaag winnaar, dan krijgen jullie een mooie prijs!
A
d
B
dt

Slide 14 - Quiz

Categorie 3: Franse woorden

Slide 15 - Diapositive

le dîner
A
goed
B
fout

Slide 16 - Quiz

une etoile
A
goed
B
fout

Slide 17 - Quiz

bonne annee
A
goed
B
fout

Slide 18 - Quiz

les vacances
A
goed
B
fout

Slide 19 - Quiz

Categorie 4: Het Van Maerlant

Slide 20 - Diapositive

lineaal
A
goed
B
fout

Slide 21 - Quiz

airconditioning
A
goed
B
fout

Slide 22 - Quiz

schoolregelement
A
goed
B
fout

Slide 23 - Quiz

conciërge
A
goed
B
fout

Slide 24 - Quiz

Categorie 5: onmogelijke zinnen
                                                                      Welk woord is fout gespeld?

Slide 25 - Diapositive

De monniken hadden direkt gezien dat die bisschop een berenvel droeg.
A
monniken
B
direkt
C
bisschop
D
berenvel

Slide 26 - Quiz

De kangoeroe in deze dierentuin trok meer kijkers dan die lawaaierige papagaai.
A
kangoeroe
B
lawaaierige
C
papagaai

Slide 27 - Quiz

Door die macaroni kreeg ik hevige diaree en moest ik snel naar het dichtstbijzijnde toilet.
A
macaroni
B
diaree
C
dichtstbijzijnde
D
toilet

Slide 28 - Quiz

'Het scheelde maar een milimeter', zei de directeur in het interview met de assistente.
A
milimeter
B
directeur
C
interview
D
assistente

Slide 29 - Quiz

Tijdens de lustrumdag halen we ongelooflijk veel geld en middellen op en dat heeft me erg gefascineerd.
A
lustrumdag
B
ongelooflijk
C
middellen
D
gefascineerd

Slide 30 - Quiz


Ronde 2: zelf spellen
10 woorden

Slide 31 - Diapositive