Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Klas 2: U2, lesson 2 listening words + grammar
In deze LessonUp:
- oefeningen met woorden
- grammar (past simple)
1 / 24
suivant
Slide 1:
Diapositive
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Cette leçon contient
24 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
In deze LessonUp:
- oefeningen met woorden
- grammar (past simple)
Slide 1 - Diapositive
Welk woord hoort in welke zin?
My grandparents don't like to go __________ away on holiday.
Our teacher can talk ________ a full hour!
I can skim a _______ across the water six times.
What's the maximum _________ in your neighbourhood?
stone (steen)
speed (snelheid)
far (ver)
for (gedurende)
Slide 2 - Question de remorquage
Welk woord hoort in welke zin?
You can see the tower from miles away. It's _______ !
This road is too ______ for cars.
Let's sit at that _______ table over there.
Did you draw that round _________ on the window?
shape (vorm)
wooden (houten)
narrow (smal)
huge (enorm)
Slide 3 - Question de remorquage
Kies de juiste vertaling. (ENG-NL)
medieval
A
materiaal
B
draad
C
meten
D
middeleeuws
Slide 4 - Quiz
Kies de juiste vertaling. (ENG-NL)
rectangle
A
rechthoek
B
driehoek
C
hoogte
D
breedte
Slide 5 - Quiz
Kies de juiste vertaling. (ENG-NL)
ancient
A
hoeveelheid
B
stalen
C
(zeer) oud
D
wegen
Slide 6 - Quiz
Kies de juiste vertaling. (NL-ENG)
ijzeren
A
wire
B
steel
C
iron
D
glass
Slide 7 - Quiz
Kies de juiste vertaling. (NL-ENG)
breed
A
broad
B
square
C
fabric
D
width
Slide 8 - Quiz
Kies de juiste vertaling. (NL-ENG)
tellen
A
to measure
B
to count
C
to describe
D
to weigh
Slide 9 - Quiz
Past Simple
De Past Simple = de verleden tijd.
Je gebruikt de Past Simple om te zeggen dat iets vroeger gebeurd is en nu is afgelopen.
Signaalwoorden:
Yesterday, last week, two years ago, this morning
Twee opties:
1. Regelmatige werkwoorden - vaste regels
2. Onregelmatige werkwoorden - uit je hoofd leren
Slide 10 - Diapositive
Optie 1: Regelmatige werkwoorden
Optie 1:
Regelmatige werkwoorden
(vaste regels)
Slide 11 - Diapositive
Optie 2: Onregelmatige werkwoorden
Slide 12 - Diapositive
Zet het werkwoord tussen haakjes in de verleden tijd.
He ______ his sister very well in his letter. (to describe)
Slide 13 - Question ouverte
Zet het werkwoord tussen haakjes in de verleden tijd.
LET OP! Onregelmatig werkwoord!
We ________ the bus to school when it rained. (to take)
Slide 14 - Question ouverte
Zet het werkwoord tussen haakjes in de verleden tijd.
Our hotel room _______ the valley. (to overlook)
Slide 15 - Question ouverte
Zet het werkwoord tussen haakjes in de verleden tijd.
LET OP! Onregelmatig werkwoord!
I _________ a ticket to ZipWorld for my birthday. (to get)
Slide 16 - Question ouverte
Zet het werkwoord tussen haakjes in de verleden tijd.
LET OP! Onregelmatig werkwoord!
At thirty he ________ a professor. (to become)
Slide 17 - Question ouverte
Zet het werkwoord tussen haakjes in de verleden tijd.
My grandma _______ over our dog last week. (to trip)
Slide 18 - Question ouverte
Zet het werkwoord tussen haakjes in de verleden tijd.
They _______ to find a way to the railway station. (to try)
Slide 19 - Question ouverte
Zet het werkwoord tussen haakjes in de verleden tijd.
LET OP! Onregelmatig werkwoord!
Jonah _______ his girlfriend to my birthday party. (to bring)
Slide 20 - Question ouverte
Zet het werkwoord tussen haakjes in de verleden tijd.
LET OP! Onregelmatig werkwoord!
Nina and Eve _______ on holiday last summer. (to be)
Slide 21 - Question ouverte
Past Simple: ontkenningen en vragen
Bij ontkenningen en vragen gelden voor bijna alle werkwoorden dezelfde regels, ook voor de onregelmatige werkwoorden!
Slide 22 - Diapositive
De grote uitzondering: to be
- to be heeft 2 past simple vormen, namelijk
was
(bij I / he / she / it)&
were
(bij you / we / they)
- to be krijgt géén did of didn't bij vragen en ontkenningen.
Slide 23 - Diapositive
Samen
Wat is de verleden tijd van:
to visit
to book
to enjoy
to have
to be
to take
to make
Slide 24 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
2BK Chapter 1 -1
Septembre 2020
- Leçon avec
48 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 2
Oefentoets chapter 3
Février 2022
- Leçon avec
37 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Onregelmatige en regelmatige werkwoorden
Mai 2020
- Leçon avec
12 diapositives
par
Numo
Nederlands
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1
Numo
2K. Toets voorbereiding
Novembre 2022
- Leçon avec
35 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo k, t
Leerjaar 2
Past Simple vs. Present Perfect
Juin 2022
- Leçon avec
38 diapositives
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Past Simple
Juin 2022
- Leçon avec
30 diapositives
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Theme 1 - lesson 1
Septembre 2019
- Leçon avec
43 diapositives
Engels
Past Simple
Juin 2022
- Leçon avec
22 diapositives
Engels
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 3