Het water moet langer vasgehouden worden om te voorkomen dat het snel naar een lager gelegen gebied stroomt. Dit wordt gedaan door het aanleggen van waterrijke natuurgebieden en meer groenvoorzieningen
Het overtollige water wordt tijdelijk opgeslagen in een retentiegebied. Dit is een gebied wat mag overstromen en weer droog valt als het waterpeil is gezakt
Als vasthouden en bergen niet meer mogelijk is, moet het water gecontroleerd mogelijk worden afgevoerd. Via kanalen en rivieren naar de zee.
Bij een watertoets wordt gekeken over er bij nieuwbouwlocaties rekening is gehouden met de veiligheid, de wateroverlast, de waterkwaliteit, de verdroging en of de waterproblemen niet worden afgewenteld op een ander gebied.
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5
Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Het water moet langer vasgehouden worden om te voorkomen dat het snel naar een lager gelegen gebied stroomt. Dit wordt gedaan door het aanleggen van waterrijke natuurgebieden en meer groenvoorzieningen
Het overtollige water wordt tijdelijk opgeslagen in een retentiegebied. Dit is een gebied wat mag overstromen en weer droog valt als het waterpeil is gezakt
Als vasthouden en bergen niet meer mogelijk is, moet het water gecontroleerd mogelijk worden afgevoerd. Via kanalen en rivieren naar de zee.
Bij een watertoets wordt gekeken over er bij nieuwbouwlocaties rekening is gehouden met de veiligheid, de wateroverlast, de waterkwaliteit, de verdroging en of de waterproblemen niet worden afgewenteld op een ander gebied.
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Slide 3 - Diapositive
Welke stap in de drietrapsstrategie hoort bij: het aanleggen van noodoverloopgebieden?
A
vasthouden
B
bergen
C
afvoeren
Slide 4 - Quiz
Welke stap in de drietrapsstrategie hoort bij: het aanleggen van een hoogwatergeul?
A
vasthouden
B
bergen
C
afvoeren
Slide 5 - Quiz
Wat is het fluviale schaalniveau?
A
Schaalniveau van de rivier
B
schaalniveau van meerdere steden
C
schaalniveau van het stroomgebied
D
Schaalniveau dat steeds verandert.
Slide 6 - Quiz
In de stad kun je de drietrapsstrategie ook toepassen. Waarbij hoort een groen dak??
A
Vasthouden
B
Bergen
C
Afvoeren
Slide 7 - Quiz
WAT IS HET 'DEBIET'VAN EEN RIVIER?
A
HOEVEELHEID WATER PER JAAR
B
STROOMSNELHEID WATER OP EEN BEPAALD PUNT GEMETEN
C
HOEVEELHEID WATER PER SECONDE BIJ BEPAALD PUNT
D
OVERZICHT VAN WATERHOEVEELHEID PER MAAND
Slide 8 - Quiz
Welke rivier is een gemengde rivier?
A
De Maas
B
De Eems
C
De Schelde
D
De Rijn
Slide 9 - Quiz
Uitdiepen rivierbedding
A
vasthouden
B
bergen
C
afvoeren
Slide 10 - Quiz
Deze rivier heeft...
A
Een hoog debiet en een laag regiem
B
Een laag debiet en een hoog regiem
C
Een hoog debiet en een hoog regiem
D
Een laag debiet en een laag regiem
Slide 11 - Quiz
Wanneer is een rivier een gemengde rivier?
A
Als deze smeltwater en neerslag afvoert
B
Als deze uit twee verschillende rivieren bestaat
C
Als de naam van de rivier uit twee verschillende namen bestaat
D
Als het sneeuw en regen afvoert
Slide 12 - Quiz
Wat is het verval van een rivier?
A
hoeveelheid water (m³/s)
B
stroomsnelheid (m/s)
C
hoogteverschil
langs de rivier (m)
D
schommelingen in de afvoer
Slide 13 - Quiz
hoe noem je zo'n aftakking van een meanderende rivier, die wordt afgesloten van de rivierloop
A
een meer
B
een halve maan
C
een hoefijzer
D
een c-tje
Slide 14 - Quiz
Een rivier stroomt altijd..
A
Van laag naar hoog
B
Van hoog naar laag
Slide 15 - Quiz
Deze rivier heeft een...
A
Onregelmatig regiem
B
Regelmatig regiem
Slide 16 - Quiz
De Onlanden.... vorm van
A
Vasthouden
B
Bergen
C
Afvoeren
D
Gebied waar woningen moeten komen.
Slide 17 - Quiz
Kribben...
A
Zorgen ervoor dat er geen schepen meer door rivier kunnen
B
Zorgen voor lagere stroomsnelheid in het midden van de rivier
C
Zorgen voor hogere stroomsnelheid in het midden van de rivier
D
Zijn de mannelijke vorm van krabben.
Slide 18 - Quiz
Nederland ervaart geen relatieve zeespiegelstijging door...
A
De wipwap met Scandinavië
B
Het gewicht van de noordzee
C
Trekkers
D
Grondwaterspiegel laten stijgen
Slide 19 - Quiz
Wat ligt er het verst van de rivier?
A
Uiterwaard
B
Zomerdijk
C
Winterdijk
D
Binnendijksgebied
Slide 20 - Quiz
overstromingsrisico
Het overstromingsgevaar in de benedenloop is toegenomen door:
Meer bebouwing langs de rand van de rivier Flessenhals
Verstening. Water kan niet meer infiltreren (de grond in trekken) dit zorgt voor Piekafvoer