Cette leçon contient 18 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Vidéo
De Grondwet
Nederland is naast een democratie ook een rechtsstaat; een land waarin de rechten en plichten van burgers én de overheid in de grondwet zijn vastgelegd.
In de grondwet staan de belangrijkste rechten en plichten van burgers en de overheid.
Rechten: Je hebt recht op... (privacy, meningsuiting, stemmen)
Plichten: Je bent verplicht om... (belasting, school, wet)
Meningen?
Slide 2 - Diapositive
Planning
05/01 en 08/01: H3 par. 3.3 Stromingen in de politiek?
12/01 en 15/01: H3 par. 3.4 De parlementaire democratie
05/02 en 09/02: H3 par. 3.7 Gemeente en provincies
12/02: Proeftoets/herhalingsles
16/02: GASTLES PRODEMOS
19/02:
Voorjaarsvakantie
Slide 3 - Diapositive
Vandaag
1. Uitleg par. 3.5
2. Afsluiten
3. Opdrachten bespreken en maken in Teams
Slide 4 - Diapositive
Leerdoel
Wat is het regeerakkoord?
Wat doen de ministers en staatssecretaris?
Wat doet de koning?
Wat is de troonrede en de miljoenennota?
Slide 5 - Diapositive
Wie komt er in de regering?
De grootste partij zoekt na de verkiezingen partijen die met hen willen samenwerken.
Samen hebben ze een meerderheid nodig.
Zijn ze het eens? Dan schrijven ze een regeerakkoord. Daarna vormen ze samen de regeringspartijen.
Slide 6 - Diapositive
Regeerakkoord
Slide 7 - Diapositive
De regering / het kabinet (1)
Slide 8 - Diapositive
De regering / het kabinet (2)
In het kabinet zitten ministers en staatssecretarissen die elk een eigen taak hebben. Bijvoorbeeld:
Onderwijs
Economische Zaken
Buitenlandse Zaken
Slide 9 - Diapositive
Ministers en staatssecretarissen
Ministers krijgen ondersteuning van duizenden ambtenaren. Ook hebben de meeste ministers hulp van een staatssecretaris.
Slide 10 - Diapositive
Minister-president
De minister-president (ook wel premier genoemd) is de leider van het kabinet.
Hij is de belangrijkste minister en is de voorzitter als de regering vergadert.
Slide 11 - Diapositive
Ministers werken samen
Elke vrijdag komen alle ministers bij elkaar.
Ze maken samen plannen en wetsvoorstellen.
Slide 12 - Diapositive
Wetsvoorstellen
Slide 13 - Diapositive
Wat doet de koning?
De koning is het staatshoofd. Hij is lid van de regering, maar heeft vrijwel geen macht. Zijn taken zijn:
Een handtekening zetten onder alle wetten.
De troonrede voorlezen op Prinsjesdag.
Overleg voeren met de minister-president.
Ons land vertegenwoordigen in het buitenland.
Ministers en staatssecretarissen beëdigen.
In 1815 had de koning veel macht. Dat veranderde in 1848, toen in heel Europa burgers in opstand kwam. Ze eisten meer macht voor de parlementen. Koning Willen II schrok zo van de gewelddadige opstanden in het buitenland, dat hij Johan Thorbecke vroeg een nieuwe, meer democratische grondwet te ontwerpen:
- De koning is officieel hoofd van de regering, maar mag geen besluiten meer voeren. Dat doet het parlement en de ministers zijn verantwoordelijk voor het beleid.
Slide 14 - Diapositive
Prinsjesdag
Iedere derde dinsdag in september is het Prinsjesdag:
- De koning leest de troonrede voor.
- De minister van Financiën biedt de miljoenennota aan.
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.