De Geo_H4 §2

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

Nakijken WB Par. 4.1 vmbo/havo

Je kent de topografie van Japan 

      (W4). Vraag 1. 

Je kent de namen van de platen in de Ring van Vuur.

                Vraag 4. 

Je kunt de onderdelen benoemen van een vulkaan (W6).

                Vraag 6.

Je kunt beschrijven hoe een aardbeving ontstaat.

                Vraag 7. 

Je weet dat de aardkorst bestaat uit bewegende platen.

                Vraag 3 

Wat is de betekenis van het Japanse woord 'tsunami'?

1. Brede rivier
2. Diepe vallei
3. Hoge golf
4. Hoge berg

Hoe ontstaat een tsunami?

1. Door een vulkaanuitbarsting
2. Door een aardbeving onder zee
3. Door een tornado
4. Door een sneeuwstorm

Hoe snel kunnen de golven van een tsunami zich verspreiden?

1. 100 km/u
2. 1000 km/u
3. 500 km/u
4. 800 km/u

Wat gebeurt er met de golven van een tsunami wanneer ze dichterbij de kust komen?

1. Ze worden hoger
2. Ze worden warmer
3. Ze worden sneller
4. Ze worden kleiner

Hoe reageren mensen die toevallig voorbijvaren op kleine tsunami-golven?

1. Ze merken niets
2. Ze beginnen weg te rennen
3. Ze roepen om hulp
4. Ze gaan zwemmen

https://schooltv.nl/video-item/govert-naar-de-kern-van-de-aarde-in-de-klas-aardbevingen-bij-breuklijnen

Hoe bewegen de aardplaten rond de San Andreasbreuk ongeveer?

1. De Pacifische aardplaat schuift richting het noorden, de Noord-Amerikaanse richting het zuiden
2. De Pacifische aardplaat schuift richting het westen en de Noord-Amerikaanse richting het oosten
3. C. De Pacifische aardplaat schuift richting het oosten en de Noord-Amerikaanse richting het westen
4. A.De Pacifische aardplaat ligt stil en de NoordAmerikaanse aardplaat schuift eronder

Hoe heet de schaal waarmee we de kracht van aardbevingen meten? De schaal van …

1. Ampère
2. Richter
3. Beaufort
4. Kelvin

Wat zorgde voor de meeste schade tijdens de aardbeving van 1906 in San Francisco?

1. De grote tsunami
2. Branden door gebroken gaspijpleidingen
3. Wateroverlast door gebroken waterleidingen

Welke beweging kan een aardbeving veroorzaken:

1. Convergente beweging (naar elkaar toe)
2. Transforme beweging (langs elkaar)
3. wel Divergente plaatgrens (uit elkaar)

Wat bedoelt men met The Big One als het gaat om de aardbevingen rond de San Adreasbreuk?

Golven remmen af. Er ontstaat een enorme golf

Water komt met een grote kracht het strand op.

Beving veroorzaakt een golf met een lengte van 200 km. 

Onderzeese aardbeving. 

In diep water gaan golven met 800 km per uur. 

jeugdjournaal.nl

jeugdjournaal.nl

jeugdjournaal.nl

jeugdjournaal.nl

Wat viel je het meest op bij het bekijken van de filmpjes?

Geef antwoord op de leerdoelen van § 4.2.