Uitleg stijlfiguren

Woordenschat H1
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 38 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Woordenschat H1

Slide 1 - Diapositive

Startopdracht
a Regen, regen, regen, niets dan regen.
b Wat een schoolcarrière heeft Maud: vmbo, havo, hbo en tot slot de universiteit.
c Kneuterig, kortzichtig en kleingeestig – dát zou typerend zijn voor de Nederlander.

Lees de zin en geef aan:
1. wat de schrijver of spreker precies wil benadrukken;
2. op welke manier hij dat doet;
3. een term voor deze manier; die mag je zelf bedenken.

Slide 2 - Diapositive

Waarom stijlfiguren?
  • Maken een tekst of verhaal aantrekkelijker
  • Gebruik je om iets te benadrukken
Lichter
Zwaarder
Extra

Slide 3 - Diapositive

Stijlfiguren (1)
  • herhaling (repetitio)
  • tegenstelling 
  • opsomming (enumeratio) 
  • drieslag
  • climax
  • omgekeerde climax
Wat tussen haakjes staat, is alleen voor vwo!

Slide 4 - Diapositive

Herhaling (repetitio)
Een woord of woordgroep wordt herhaald.
Nooit, maar dan ook nooit, zal ik jou begrijpen.

"Nee, nee, nee", zei moeder boos.

Slide 5 - Diapositive

Herhaling - nog meer voorbeelden
Regen, regen en nog eens regen.
Nederland is saai, maar dan ook echt saai.
Dat is echt leuk, heel leuk!
Nee, nee, nee, ik wil niet mee gaan vissen.
Geld, geld, bakken met geld.

Slide 6 - Diapositive

Tegenstelling (antithese)
Woorden, zinnen of tekstgedeelten zijn tegengesteld
Op het feest was veel te doen voor groot en klein.

In het donker is er geen lichtpunt.

Slide 7 - Diapositive

Tegenstelling - nog meer voorbeelden
In de stille kamer knettert zij van woede.
koud en warm
Je hebt een mooie telefoon, maar een lelijk hoesje.
Hij draagt dure kleding, maar is eigenlijk best arm.
kort maar krachtig
Dit is voor groot en klein.

Slide 8 - Diapositive

Opsomming (enumeratio)
Opsomming van namen, feiten of andere dingen


Er zijn 3 bijzondere gevallen:
  •  de drieslag
  •  de climax
  •  de omgekeerde climax

Slide 9 - Diapositive

Opsomming - nog meer voorbeelden
Ik heb brood, kaas, ham en een tosti-ijzer nodig.
Hij kocht een peer, appel, banaan en een winkelkar.


Slide 10 - Diapositive

Opsomming (1. de drieslag)
Opsomming van 3 woorden, 3 zinsdelen of 3 zinnen.

Slide 11 - Diapositive

Drieslag - nog meer voorbeelden
Bloed, zweet en tranen,
ik wil weg, ik wil naar huis, ik wil naar bed

Slide 12 - Diapositive

Opsomming (2. de climax)
Steeds sterker wordende reeks woorden.
Je hebt goed, je hebt beter, je hebt het beste.

Hij voldoet, nee... doet het goed, nee... uitstekend, nee... hij is de allerbeste.
Welk stijlfiguur kan dit nog meer zijn?

Slide 13 - Diapositive

Climax- nog meer voorbeelden
Hij was best wel leuk, nee hij was leuk, nee hij was super leuk, nee hij was de beste ooit!
Dat is een lief meisje, dat is een leuk meisje, dat is het mooiste meisje ooit.
Goed, beter, best
Slecht, slechter, slechtst
Dat boek was wel goed, nee dit boek was magnifiek, nee dit boek was perfect.
Hij liep stevig door en keek achterom. Hij begon zijn pas te versnellen tot hij rende.

Slide 14 - Diapositive

Opsomming (3. anticlimax)
Steeds zwakker wordende reeks woorden.
Vorige week zag ik een fantastische film, nou ja, hij was mooi, ach, best wel goed eigenlijk.

Slide 15 - Diapositive

Anticlimax- nog meer voorbeelden
Hij is wereldberoemd, nou ja... in Nederland. In onze stad dan. Ik bedoel: ik heb van hem gehoord.

Slide 16 - Diapositive

Woordenschat H2

Slide 17 - Diapositive

Waarom stijlfiguren?
  • Maken een tekst of verhaal aantrekkelijker
  • Gebruik je om iets te benadrukken
Lichter
Zwaarder
Extra

Slide 18 - Diapositive

Stijlfiguren (2)
  • hyperbool
  • eufemisme
  • understatement 
  • (litotes)
Stijlfiguren (1):
Wat tussen haakjes staat, is alleen voor vwo!

Slide 19 - Diapositive

Hyperbool
Een hyperbool is een hele sterke overdrijving.
We hebben ons kapot gelachen.
Zijn ogen vielen uit zijn kassen toen hij zag dat iemand zijn auto had gestolen.

Slide 20 - Diapositive

Hyperbool - nog meer voorbeelden

Slide 21 - Diapositive

Eufemisme
Een eufemisme verzacht de werkelijkheid bij vervelende situaties.
Hij gaat creatief om met de waarheid.
Onze hond is gisteren heengegaan. 


De volslanke vrouw volgt een sportklasje.

Slide 22 - Diapositive

Eufemisme - nog meer voorbeelden

Slide 23 - Diapositive

Understatement
Een afzwakking, terwijl je eigenlijk iets heel anders bedoelt. Vaak is dit grappig bedoeld.
Messi kan wel een aardig balletje trappen.

Dat is een prima huisje

Slide 24 - Diapositive

Understatement - nog meer voorbeelden

Slide 25 - Diapositive

Litotes
Speciale vorm van het understatement. Je ontkent het tegenovergestelde. 
Zij is bepaald niet dom.

Zij is niet echt dun!

Slide 26 - Diapositive

Litotes - nog meer voorbeelden

Slide 27 - Diapositive

Woordenschat H4

Slide 28 - Diapositive

Waarom stijlfiguren?
  • Maken een tekst of verhaal aantrekkelijker
  • Gebruik je om iets te benadrukken
Lichter
Zwaarder
Extra

Slide 29 - Diapositive

Stijlfiguren (3)
  • pleonasme
  • tautologie
  • (contaminatie)
  • hyperbool
  • eufemisme
  • understatement
  • (litotes)
Wat tussen haakjes staat, is alleen voor vwo!
Stijlfiguren (1):
Stijlfiguren (2):

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo

Pleonasme
Er wordt een woord gebruikt waarvan de 'betekenis' al in een ander woord zit. 

Wil jij even van die houten boomstam af gaan?
Kijk uit, die witte sneeuw kan glad zijn!



Tip: _________ is altijd __________

Slide 32 - Diapositive

Tautologie
Je zegt twee keer hetzelfde, maar dan met andere woorden.

Blij en verheugd deel ik je mee dat ik mijn diploma heb gehaald.
Bovendien moet ik ook nog mijn huiswerk afmaken.
Tip: _________ is hetzelfde als __________

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

(Contaminatie)
Twee woorden of uitdrukkingen worden verkeerd gecombineerd.

Zich beseffen is bijvoorbeeld een verhaspeling van 'zich realiseren' en 'beseffen'.

Dat kost duur is een verhaspeling van 'dat is 
duur' en 'dat kost veel'

Slide 35 - Diapositive

Filmpje met uitleg over stijlfiguren

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Vidéo

Oefenwebsites
http://meneerooms.nl/oefeningen/stijlfiguren-en-beeldspraak-2/stijlfiguren-en-beeldspraak/
https://www.cambiumned.nl/oefeningen/oefening-eufemismen/
http://www.cambiumned.nl/oefeningen/oefening-herhaling-tautologie-of-pleonasme/
https://www.cambiumned.nl/oefeningen/oefening-3-herhaling-tautologie-of-pleonasme/
https://www.cambiumned.nl/oefeningen/oefening-2-herhaling-tautologie-en-pleonasme/

Slide 38 - Diapositive