Maatwerk: hv1 - lesson 4 - 09-03-2022

1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Today's Lesson
Goal: I can name the articles and use an imperative in a sentence
    - Recap questions
  • New Grammar: imperatives
  • Imperatives Kahoot

Slide 2 - Diapositive

What is the word order in English?

Slide 3 - Question ouverte

Use the word order: make a sentence

Slide 4 - Question ouverte

Noem de drie articles in het Engels

Slide 5 - Question ouverte

Wat is het doel van articles?

Slide 6 - Question ouverte

Wanneer gebruik the wel in een zin en wanneer kan je the weglaten?

Slide 7 - Question ouverte

Voor welke zinnen gebruik je some? (geef een voorbeeld in een zin)

Slide 8 - Question ouverte

Wat is het verschil tussen "an" en "a" hoe gebruik je ze in een zin (je mag voorbeelden geven)

Slide 9 - Question ouverte

Imperatives
De Imperative wordt gebruikt om routebeschrijvingen en bevelen te geven, maar ook om advies te geven of om mensen te waarschuwen.

Om een imperative te maken gebruik je de infinitive (de stam van een woord) zonder to

For example:
Cross Victoria street (kies: routebeschrijving/bevel/advies/waarschuwing)
Take the left turn (kies: routebeschrijving/bevel/advies/waarschuwing)

Clean your room (kies: routebeschrijving/bevel/advies/waarschuwing)
Watch your step (kies: routebeschrijving/bevel/advies/waarschuwing)

Slide 10 - Diapositive

Imperatives
Om een imperative zin negatief te maken zet je "don't" voor het werkwoord.

For example:
Don't wait for me (kies: routebeschrijving/bevel/advies/waarschuwing)
Don't cross the street (kies: routebeschrijving/bevel/advies/waarschuwing)
Don't open the door (kies: routebeschrijving/bevel/advies/waarschuwing)

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Lien