Unit 2, exam prep writing LRN

Today

  1. StudyGo

  2. About writing: standaard zinnen & synoniemen
  3. (home) Work!
  4. Reminder!
  5. Looking back
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Today

  1. StudyGo

  2. About writing: standaard zinnen & synoniemen
  3. (home) Work!
  4. Reminder!
  5. Looking back

Slide 1 - Diapositive



1. Je weet wat synoniemen zijn en waarom deze belangrijk zijn om te gebruiken.  
2. Je weet welke standaardzinnetjes je in schrijfwerk kunt gebruiken. 
3. Je hebt geoefend met schrijfvaardigheid

Slide 2 - Diapositive

timer
5:00

Slide 3 - Diapositive

Holiday check in;
Write down 10 English words, having to do with your vacay last week.

Slide 4 - Question ouverte

Slide 5 - Diapositive

2. About writing:
Welke situaties kun je bedenken waarin je een persoonlijke email verstuurt?

Slide 6 - Carte mentale

2. About writing:
Welke standaard zinnetjes kun je in die emails tegenkomen?
(Answer in ENGLISH)

Slide 7 - Carte mentale

Waarom denk je dat het belangrijk is dat je (een aantal van die) standaardzinnetjes kent?

Slide 8 - Question ouverte

Wat hebben deze woorden met elkaar gemeen: opeten, kanen, bikken, bunkeren, nassen, schransen?

Slide 9 - Question ouverte

Synoniemen
  • Woorden die (bijna) hetzelfde betekenen.
  • Belangrijk bij het schrijven. 
  • Zo schrijf je niet steeds hetzelfde. 

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Homework: Friday,  November 4th:

Maken: 
Vocab test, words unit 1 & 2
  •  Exam preps writing 2(online
    Exc. 4 werk je uit op een apart blaadje! --> vrijdag inleveren!

Leren:
Checkbooks unit 1 & 2 (p.154 t/m 166)

Reminder:
Skills test listening, reading & writing on Tuesday, November 8th!

  • voor jezelf
  • in stilte
  • muziek mag.
  • Vragen? Steek je vinger op
  • Werken tot aan afsluiting van de les

Slide 12 - Diapositive

5. Looking back:
Welke feedback (tips of tops) heb je voor mij aan het einde van de eerste periode Engels? Wat vind je fijn / minder fijn en waarom?

Slide 13 - Question ouverte