h1 herhaling bk2

Welkom bk2
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 75 min

Éléments de cette leçon

Welkom bk2

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Lien

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

basisbehoefte?

Slide 17 - Carte mentale

Uit eten gaan is een?
A
Basisbehoefte
B
Overige behoefte

Slide 18 - Quiz

Je gaat naar de schoonheidsspecialist is hier sprake van een goed of dienst?
A
Goed
B
Dienst

Slide 19 - Quiz

In de reclamespot van Nike is de voetballer Ronaldo te zien met de nieuwste voetvalschoenen. Dit is een voorbeeld van..
A
commerciële beinvloeding
B
sociale beinvloeding

Slide 20 - Quiz

Tijdens het winkelen zegt een van je vriendinnen. ‘Dit is echt iets voor jou, dat moet je kopen.’
Hoe noem je dit soort beïnvloeding?
A
Sociale beïnvloeding
B
Commerciële beïnvloeding

Slide 21 - Quiz

Wat doen consumentenorganisaties NIET?
A
Onpartijdige informatie geven
B
Informatie geven over de rechten en plichten van de consument
C
Opkomen voor producenten
D
Acties voeren om de belangen van consumenten te beschermen bij overheid en bedrijven

Slide 22 - Quiz

Wat hoort bij elkaar?
product moet gezond en veilig zijn
Controleert of producten gezond en veilig zijn
Product doet waar het voor gemaakt is en heeft een bepaalde levensduur
Deugdelijk product
NVWA
Warenwet

Slide 23 - Question de remorquage

Een bezoekje aan de kapper is een vorm van:
A
Huishoudelijke uitgaven
B
Vaste lasten
C
Incidentele uitgaven
D
een uitkering

Slide 24 - Quiz

De aankoop van de scooter hoort bij de:
A
Vaste lasten
B
Huishoudelijke uitgaven
C
Incidentele uitgaven
D
Dagelijkse uitgaven

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Diapositive

Je koopt voor € 200,-- bij de Zara. Je krijgt 15% korting, hoeveel korting krijg je?

Slide 27 - Question ouverte

Een Efteling ticket kost €39,90. Je krijgt 21% korting. Bereken de korting en schrijf je antwoord. Rond af op 2 decimalen!

Slide 28 - Question ouverte

Slide 29 - Diapositive

5,5 – 6,5 – 7 – 6 – 7,5
Bereken het gemiddelde.

Slide 30 - Question ouverte

Slide 31 - Diapositive

Hoe reken ik van week naar maand?
A
:52X12=
B
x4
C
:12X52=
D
:4

Slide 32 - Quiz

Ali heeft een loon bij de bakker van €40 per week. Bereken voor Ali het loon per maand.

Slide 33 - Question ouverte

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Welk bedrag is goed opgeschreven?
A
€ 5.432,67
B
€ 543,2
C
€ 5432
D
5432,67

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive