Ordenen van organismen

4.1 organisme ordenen
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1,3

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

4.1 organisme ordenen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel van de les: 
Je kent de 4 rijken waarin organisme worden ingedeeld
Je kunt de kenmerken noemen waarop de rijken zijn ingedeeld
je kent het verschil tussen een soort en een ras

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ordenen


Een verzameling verdelen in groepen met hetzelfde kenmerk.


Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Betekent ordenen indelen in groepen?
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De vier rijken

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Indeling vier rijken
welke kenmerken zijn belangrijk 

Celkernen
Celwanden
Bladgroenkorrels

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Celkern


Regelt alles wat er in een cel gebeurt.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Celwand

Is een laagje om de cel heen die zorgt voor stevigheid.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bladgroenkorrels

Geven groene kleur aan bladeren.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is geen rijk bij het ordenen?
A
Bacterien
B
Dieren
C
Mensen
D
Schimmels

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions



Dit is een
A
plantaardige cel
B
cel van een schimmel
C
bacterie
D
dierlijke cel

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Een plantencel heeft:
A
wel een celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels
B
wel een celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
C
GEEN celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
D
GEEN celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Een bacterie heeft:
A
wel een celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels
B
wel een celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
C
GEEN celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
D
GEEN celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Organismen worden ingedeeld
in de rijken:
A
Planten - Dieren
B
Bacteriën - Schimmels
C
Dieren - Planten - Bacteriën - Schimmels -Mensen
D
Bacteriën - Schimmels - Planten - Dieren

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke 4 rijken ken je nu?

Slide 16 - Question ouverte

Bespreken:
Hoe ga je de 4 rijken leren? 
Hoe ga je de celkenmerken leren?
dezelfde soort?

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dezelfde soort?
Jaaaa
Nee hoor

Slide 18 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Dezelfde soort?
hetzelfde ras?

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

diverse rassen, 1 soort

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 De nakomelingen zijn onvruchtbaar.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

begrippen
  • vertakkingsschema
  • rijken
  • bacteriën, schimmels, planten en dieren
  • eencellig
  • meercellig
  • celwand
  • celkern
  • bladgroenkorrels
  • soort / ras

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel van de les gehaald? 
Je kent de 4 rijken waarin organisme worden ingedeeld
Je kunt de kenmerken noemen waarop de rijken zijn ingedeeld
je kent het verschil tussen een soort en een ras

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdrachten van 4.1

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions