3M week 2 les één

Pak jouw textbook!
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Pak jouw textbook!

Slide 1 - Diapositive

What are we going to do today?


- What did you do the previous lesson?
- Grammar 12: recap!
- End of lesson

Slide 2 - Diapositive

What did you do the
previous lesson?

Slide 3 - Carte mentale



We gaan het vandaag hebben over het laatste grammatica onderdeel: grammar 12

Slide 4 - Diapositive

Go to page seventy-nine in your textbooks, please!

(or 151 for extra information)

Slide 5 - Diapositive

Bezittelijke voornaamwoorden
Bezittelijke voornaamwoorden geven aan van wie iets is. Ze geven dus bezit aan.

Dit is mijn tas
Deze tas is van mij

Slide 6 - Diapositive

Bezittelijke voornaamwoorden
Er zijn twee manieren waarop om te zeggen dat iets van jou of van iemand ander is. 

Laten we eens kijken naar het verschil!

Slide 7 - Diapositive

Bezittelijke voornaamwoorden
Eerste rijtje
My = mijn
Your = jouw, uw
His = zijn
Her = haar
Its (ZONDER KOMMA!) = zijn/haar (bij een voorwerp)
Our = onze
Your = jullie
Their = hun

Slide 8 - Diapositive

Bezittelijke voornaamwoorden
Eerste rijtje

1. Voor een zelfstandig naamwoord
This is my CD
Your dogs are so cute!
Our mom is feeling ill

Slide 9 - Diapositive

Bezittelijke voornaamwoorden
Tweede rijtje
Mine = van mij
Yours = van jou, van u
His = van hem
Hers = van haar
Ours = van ons
Yours = van jullie
Theirs = van hen

Slide 10 - Diapositive

Bezittelijke voornaamwoorden
Tweede rijtje

1. Gebruik je als er geen zelfstandig naamwoord achter komt
2. Staat vaak aan het einde van de zin

This CD is mine
Those bags are ours

Slide 11 - Diapositive

Eerste rijtje
Tweede rijtje
Voor een zelfstandig naamwoord
Geen zelfstandig naamwoord: aan het einde van een zin
mijn
'van' mij
My, your, his, her, its, our, your, their
Mine, yours, his, hers, ours, yours, theirs

Slide 12 - Diapositive

It's en its
It's is een afkorting van it is
Its is een bezittelijk voornaamwoord

Let hierop! Geen komma -s

Slide 13 - Diapositive

Questions?

Slide 14 - Carte mentale

Slide 15 - Diapositive

... mother is a doctor. She always comes home with the creaziest stories!

Slide 16 - Question ouverte

The dog eats ... bone

Slide 17 - Question ouverte

My dad likes to brush ... teeth after every meal

Slide 18 - Question ouverte

My house is white, so this is not ...

Slide 19 - Question ouverte

That handbag is (my)

Slide 20 - Question ouverte

Can I leave my bag in (you) car?

Slide 21 - Question ouverte

This is not our car: it's (they)!

Slide 22 - Question ouverte

We are friends. ... hobbies are listening to music together!

Slide 23 - Question ouverte

Slide 24 - Diapositive