Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 40 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Wat gaan we vandaag leren?
In de VS zijn er gebieden met gematigde temperaturen en voldoende neerslag. Daar kun je wel een aardappel verbouwen. Maar in een warm en droog gebied waar cactussen groeien, daar lopen misschien alleen een paar schapen.
Waar vind je in de VS nou precies akkerbouw, veeteelt en bosbouw?
Leerdoel: Wat is het verband tussen klimaat, grondgebruik en irrigatie?
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Vidéo
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Succescriteria
Je kunt beschrijven wat het verschil is tussen voedselgewassen en handelsgewassen en van beide drie voorbeelden geven die in de VS worden verbouwd.
Je kunt beschrijven waarom de landbouw in de VS een belangrijke economische factor is.
Je kunt met behulp van de drie factoren klimaat, reliëf en beschikbaarheid van (grond)water, het grondgebruik in de VS verklaren.
Je kunt uitleggen hoe het oppompen van grondwater uit aquifers kan leiden tot de daling van de grondwaterspiegel.
Je kunt twee gevolgen noemen van een dalende grondwaterspiegel.
Je kunt uitleggen waarom de akkerbouw in de VS intensieve landbouw is.
Je kunt op de kaart de ligging van gespecialiseerde landbouw belts aanwijzen, beschrijven wat het grondgebruik daar is en dit grondgebruik ook verklaren.
Je kunt verklaren in welke gebieden irrigatie nodig is.
Je kunt beschrijven wat het verschil is tussen intensieve en extensieve veeteelt.
Je kunt verklaren in welke gebieden in de VS extensieve veeteelt en in welke gebieden intensieve veeteelt voorkomt.
Je kunt het voorkomen van uitgestrekte bosgebieden in de VS verklaren.
Je kunt beschrijven welke producten deze bossen opleveren.
Slide 10 - Diapositive
Begrippen
Handelsgewas Een gewas dat geteeld wordt voor de handel.
Voedselgewas Een gewas dat geteeld wordt voor consumptie binnen een eigen land.
Slide 11 - Diapositive
Examenvraag van de Dag
Slide 12 - Diapositive
Bekijk bron 13 en 14. Waar staan de plaatsnamen uit bron 13 juist bij de vier klimaatgrafieken P, Q, R, S uit bron 14.
A
P=Chicago, Q=Las Vegas, R=Miami, S=San Francisco
B
P=Chicago, Q=Las Vegas, R=San Francisco, S=Miami
C
P=Chicago, Q=Miami, R=Las Vegas, S=San Francisco
D
P=Las Vegas, Q=Chicago, R=Miami, S=San Francisco
Slide 13 - Quiz
Aan de slag
Je mag aan de slag met de opdrachten van §3.3 in Learnbeat