Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Prikkelgeleidingssysteem
(1) Sinusknoop:
Een elektrische prikkel start in gespecialiseerde spiercellen (rechterboezemwand).
Slide 3 - Diapositive
Prikkelgeleidingssysteem
(2) AV-knoop:
Stuurt de elektrische prikkel richting de kamers met een vertraging (0,15 s) zodat de kamers láter samentrekken dan de boezems.
Slide 4 - Diapositive
Prikkelgeleidingssysteem
(3) Bundel van His: Stuurt de elektrische prikkel naar de punt van de kamers zonder de spiercellen te laten samentrekken.
Slide 5 - Diapositive
Prikkelgeleidingssysteem
(4) Purkinjevezels: Sturen de elektrische prikkel naar de top van de kamers en laten de spiervezels samentrekken.
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Is het hartminuutvolume van de kleine bloedsomloop gelijk aan die van de grote bloedsomloop?
A
Nee
B
Alleen in rust
C
Ja, altijd
Slide 8 - Quiz
Bij een hartinfarct sterft een deel van de hartspier af. In plaats daarvan komt dan littekenweefsel. Kan iemand na een hartinfarct nog dezelfde inspanning leveren als daarvoor?
A
Nee, want het maximale hartminuutvolume gaat omlaag
B
Ja, want het maximale hartminuutvolume wijzigt niet
C
Nee, want de maximale hartslagfrequentie gaat omlaag
D
Ja, want de maximale hartslagfrequentie wijzigt niet
Slide 9 - Quiz
Waarom is het van belang dat de AV knoop de impuls (=stroompje) aan de kamers later doorgeeft dan de Sinusknoop?
Slide 10 - Question ouverte
De bloeddruk in de bloedvaten 13, 14, 5 en 6 wordt met elkaar vergeleken. In welk bloedvat is de bloeddruk het laagst?