110 - Doseren (alleen werkvormen)
1 / 22
La durée de la leçon est: 40 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Doseren jullie tijdens jullie proces? Wat en hoe doseren jullie?
Slide 5 - Carte mentale
Slide 6 - Diapositive
valplaatweger
Doseerschroef
Doseerschijf
Weegband
Slide 7 - Question de remorquage
Slide 8 - Diapositive
Wat is een nadeel
van de doseerschroef
van de doseerschroef
A
Duur in aanschaf en onderhoud
B
Geschikt voor weinig materialen
C
Niet geschikt voor grote afstanden
D
Kan niet bij hogere temperaturen worden toegepast
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Snelheid weegband
Slide 11 - Question ouverte
Doseerwals
Doseerschuif
Doseersluis
Slide 12 - Question de remorquage
Slide 13 - Diapositive
Waar kun je continu vaste stoffen mee doseren ?
A
Doseerschuif
B
Doseerwals
C
Doseersluis
D
Doseerschroef
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Standpijp
Enkelwerkende zuigerpomp
Tandradpomp
Slangenpomp
Slide 17 - Question de remorquage
Slide 18 - Diapositive
Wat betekent FIC?
Zie Codex PB3
Zie Codex PB3
A
De verhouding van de flow wordt geregeld
B
De verhouding van de flow wordt geregeld en aangewezen
C
De flow wordt geregeld
D
De flow wordt geregeld en aangewezen
Slide 19 - Quiz
Slide 20 - Diapositive
Wat is een nadeel
van een vadometer?
van een vadometer?
A
De dichtheid van het gas moet constant zijn
B
Een vadometer is prijzig
C
Moeilijk meetprincipe
D
Lastige constructie
