17-04-23 - leesvaardigheid Kapitel 3

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Herzlich Willkommen!

Was machen wir heute?

• Rückblick: Donnerstag
• Die Lernziele dieser Stunde

• Vorkenntnisse besprechen
• Zusammen/selbständig arbeiten (Lesefertigkeit)
• Lernziele checken + Abschluss der Stunde

Rückblick: Donnerstag

• Prüfung Kapitel 3 - Schule 

Einleitung: Thema dieser Stunde 

"Die Schulkantine"

Lesefertigkeit

Lernziele (leerdoelen):

• Ik kan belangrijke informatie uit een tijdschriftartikel halen;
• Ik kan een tekst over "Schulkantine" in het Duits begrijpen;
• Ik heb de woordenschat die nodig is voor het begrijpen van de tekst.

Eens of oneens?
Ik ben tevreden met de kantine hier op school.

1. Eens
2. Oneens

Ik zou iets willen veranderen aan de kantine op school.

1. Eens
2. Oneens

Wat zou je willen veranderen aan de schoolkantine?
Waarom moet de schoolkantine zo blijven?

Thema: die Schulkantine

Was weißt du über deutsche Schulkantinen?

Wat weet jij over Duitse schookantines?

Je krijgt nu een sleepvraag...

In deze vraag gaat het om woorden, die terugkomen in de tekst.

Schüler

Mahlzeit

Brot

Schülerausweis

Fleischgerichten

Fischgerichten

Mikrowelle

Wat betekent "oft"?
Ich esse am Samstag oft Pommes.

1. soms
2. vaak

Wortschatz

• Fleischgerichten = vleesgerechten
• Fischgerichten = visgerechten
• Mahlzeit = maaltijd
• Brot = brood
• Schülerausweis = leerlingenpas/studentenpas
• Mikrowelle = magnetron
• Schüler = scholieren/leerlingen
• oft = vaak (denk aan "often" - Engels)

Jetzt lesen wir den Text!

LAPTOP DICHT, MAAR LAAT DE LESSON UP STAAN!

Buch Seite 93: zusammen lesen

Aufgaben machen (42 + 43 - im Buch): selbständig / zusammen

Zusammen: Mark T - Mark H - Lucas

Lernziele (leerdoelen):

Ik kan belangrijke informatie uit een tijdschriftartikel halen;

Ik kan een tekst over "Schulkantine" in het Duits begrijpen;

Ik heb de woordenschat die nodig is voor het begrijpen van de tekst.

Die Lernziele checken

Lesefertigkeit

Lernziele (leerdoelen):

• Ik kan belangrijke informatie uit een tijdschriftartikel halen;
• Ik kan een tekst over "Schulkantine" in het Duits begrijpen;
• Ik heb de woordenschat die nodig is voor het begrijpen van de tekst.

Ik heb de tekst "die Schulkantine" begrepen.

1. Ja
2. Nee
3. Grotendeels
4. Een beetje

Ik heb de woordenschat die nodig is voor het begrijpen van de tekst.

1. Ja
2. Nee
3. Grotendeels
4. Een beetje

"Mahlzeit"

"Fleischgericht"

"Mikrowelle"

"Lehrer"