Woordenschat thema 5.3

Woordenschat
thema 5, week 3
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 5

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Woordenschat
thema 5, week 3

Slide 1 - Diapositive

Wat betekent vederlicht?
A
heel erg licht
B
een beetje licht

Slide 2 - Quiz

Zoals het klokje thuis tikt,
tikt het nergens.
Wat betekent dit spreekwoord?
A
In je eigen huis ben je de baas.
B
Thuis voel je je het meest op je gemak.
C
Thuis bepaal je zelf hoe laat je naar bed gaat.
D
Elk huis (gezin) heeft zijn eigen problemen.

Slide 3 - Quiz

Wat betekent spontaan?
A
goed doordacht
B
zonder gewicht
C
zonder nadenken iets doen
D
heel erg zwaar

Slide 4 - Quiz

Waar of niet waar?
Let op! Je hebt steeds 10 seconden.

Slide 5 - Diapositive

De tekst van een refrein
is steeds anders.
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quiz

Een gedicht heeft altijd een refrein.
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz

De tekst van een couplet
is steeds anders.
A
waar
B
niet waar

Slide 8 - Quiz

De tekst van een refrein
is steeds hetzelfde
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

De morgenstond heeft
goud in de mond.

Slide 10 - Question ouverte

Noem een voorwerp wat loodzwaar is.

Slide 11 - Question ouverte