AH - Unit 5

AH - Unit 5
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

AH - Unit 5

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
We gaan vandaag eens kijken wat je allemaal weet over Unit 5:
woorden
zinnen
grammatica.

We gaan beginnen met woorden.
Are you ready? :)

Slide 2 - Diapositive

Vertaal:
afhaalmaaltijd

Slide 3 - Question ouverte

Vertaal:
thirsty

Slide 4 - Question ouverte

Vertaal:
plakje / sneetje

Slide 5 - Question ouverte

Vertaal:
afzeggen / afbestellen (zonder to)

Slide 6 - Question ouverte

Vertaal:
washing-up

Slide 7 - Question ouverte

Vertaal:
bezorgen (zonder to)

Slide 8 - Question ouverte

Welk woord hoort er niet bij?

side dish - salmon - starter
A
side dish
B
salmon
C
starter

Slide 9 - Quiz

Welk woord hoort er niet bij?

to blend - to chop - to fast
A
to blend
B
to chop
C
to fast

Slide 10 - Quiz

You use this to eat soup with.

Slide 11 - Question ouverte

A place to keep food in, it is very cold inside.

Slide 12 - Question ouverte

The opposite (tegenovergestelde) of strong.

Slide 13 - Question ouverte

Hoeveel wist je nog? :)
We gaan nu verder met wat zinnen. 

Tip: let op de spelling van de woorden, maar ook op hoofdletters, punten, vraagtekens enz. 

Are you ready? :)

Slide 14 - Diapositive

Vertaal de hele zin:
Wat denk je van Chinees eten?

Slide 15 - Question ouverte

Vertaal:
Ik voel me erg moe. (voluit)

Slide 16 - Question ouverte

Vertaal de hele zin:
Hoe maak je het?

Slide 17 - Question ouverte

Vertaal:
Wees voorzichtig!

Slide 18 - Question ouverte

Vertaal:
Je snijdt eerst de kip en groente in stukken.

Slide 19 - Question ouverte

Vertaal:
Wat moet ik met de rijst doen?

Slide 20 - Question ouverte

En, ging het goed? :)

We gaan nu verder met grammatica. 


Are you ready? :)

Slide 21 - Diapositive

Kies het juiste antwoord.
I have ______ water left. There's enough to share.
A
much
B
many
C
little
D
few

Slide 22 - Quiz

Kies het juiste antwoord.
Could you hurry up? There's only ______ time left.
A
much
B
many
C
little
D
few

Slide 23 - Quiz

Kies het juiste antwoord.
You have ______ good friends. You're not lonely.
A
much
B
many
C
little
D
few

Slide 24 - Quiz

Kies het juiste antwoord.
She's lucky. She has ______ problems.
A
much
B
many
C
little
D
few

Slide 25 - Quiz

Kies het juiste antwoord.
________ (he/eat) rice every day?
A
Is he eating
B
He eating
C
Does he eat
D
Do he eats

Slide 26 - Quiz

Kies het juiste antwoord.
I ______ (work) at the moment.
A
am working
B
is working
C
work
D
works

Slide 27 - Quiz

Kies het juiste antwoord.
Jane usually ______(arrive) late.
A
is arriving
B
am arriving
C
arrive
D
arrives

Slide 28 - Quiz

Kies het juiste antwoord.
Listen! Sandy ______ (sing) in the bathroom
A
are singing
B
is singing
C
sing
D
sings

Slide 29 - Quiz

Kies het juiste antwoord.
Cats ______ (eat) mice.
A
eating
B
are eating
C
do eat
D
eat

Slide 30 - Quiz

Kies het juiste antwoord.
I ________ (chat) with my friend right now.
A
am chatting
B
are chatting
C
chat
D
chats

Slide 31 - Quiz

Klaar voor nu! :)

Deze quiz is nu afgelopen!


Bij de volgende slide kun je nog invullen waarmee je nog hulp zou willen.

Slide 32 - Diapositive

Waarmee zou je no wat hulp willen, of extra mee willen oefenen?

Slide 33 - Question ouverte