6.6 Populaties
Wat gebeurt er met de biomassa in de opeenvolgende schakels van een voedselketen?
A
In iedere schakel neemt de biomassa toe
B
Niks, de biomassa blijft gelijk
C
In iedere schakel neemt de biomassa af
D
Na 1 schakel is de biomassa verdwenen
1 / 18
La durée de la leçon est: 59 minÉléments de cette leçon
Wat gebeurt er met de biomassa in de opeenvolgende schakels van een voedselketen?
A
In iedere schakel neemt de biomassa toe
B
Niks, de biomassa blijft gelijk
C
In iedere schakel neemt de biomassa af
D
Na 1 schakel is de biomassa verdwenen
Slide 1 - Quiz
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Welke soort overleeft
het beste
schommelingen in
de temperatuur?
het beste
schommelingen in
de temperatuur?
A
soort a
B
soort b
C
soort c
D
soort d
Slide 7 - Quiz
Welke factor is abiotisch?
A
Bodemgesteldheid
B
Ziekteverwekkers
C
Parasieten
D
Planten
Slide 8 - Quiz
Welke kenmerken horen bij landplanten die in
een droog milieu leven?
een droog milieu leven?
A
Grote, platte bladeren
B
Hoge tolerantie voor luchtvochtigheid
C
Sterk ontwikkeld wortelstelsel
D
Zwak ontwikkeld wortelstelsel
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Welk organisme hoort
in laag X van de
voedselpiramide?
in laag X van de
voedselpiramide?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 11 - Quiz
Van de organismen in een bepaalde voedselketen wil men een piramide van biomassa met vier lagen tekenen. Men bepaalt in elke schakel van de voedselketen de totale biomassa van alle organismen samen.
De volgende waarden worden gevonden: 2 kg, 30 kg, 700 kg en 60000 kg.
Hoeveel kg is de biomassa van alle consumenten van de eerste orde samen?
De volgende waarden worden gevonden: 2 kg, 30 kg, 700 kg en 60000 kg.
Hoeveel kg is de biomassa van alle consumenten van de eerste orde samen?
A
2 kg
B
30 kg
C
700 kg
D
60000 kg
