IH lesweek 1: les 1

• Internationale Handel
• MBO
• Studiejaar 2

Leerdoelen

• Je legt uit wat het verschil is tussen import en export. 
• Je omschrijft het begrip open economie en legt uit waarom Nederland deze economie heeft. 
• Je krijgt een inkijk in de internationale handel. 

Introductie opdracht

Maak een mindmap over het thema internationale handel.

Schrijf steekwoorden op die wat jou betreft te maken hebben met internationale handel.

Internationale handel

Voor de hele wereld is het belangrijk om aan internationale handel te doen, omdat dit een belangrijke vorm van inkomsten is. 

Producten worden geproduceerd in landen waar het het goedkoopst is en daarna wereldwijd verkocht: globalisering.

Globalisering 

De toename van de samenhang in de wereld tussen bedrijven, landen en mensen. 

Mondialisering = globalisering 

Oorzaken globalisering 

1. snel en goedkoop transport

2. moderne communicatiemiddelen 

Wereld 

De wereld is kleiner geworden. 

Leg uit wat hier mee bedoelt wordt? 

Wat wordt bedoelt met: de wereld wordt steeds kleiner?

Economische voordelen

• schaalvergroting                produceren gaat effieciënter 
• loonkosten omlaag                 multinationals 
• wereldhandel neemt toe
• lagere prijzen consument 

Economische nadelen

• multinationals hebben veel macht             weggaan
• verschil rijk en arm neemt toe
• uitbuiting lage lonen landen 

Andere gevolgen

• westerse bedrijven           westerse ideeën de wereld over
• kennis makkelijker de wereld over
• meer contact tussen culturen 
• milieu  

zoals vrijheid en democratie 

Welk begrip betekent hetzelfde als globalisering?

1. Mondialisering
2. Mondialiteit
3. Internationaal
4. Internationaliteit

Door globalisering kunnen wij iPhones, Samsungs, Sony's en Huawei's kopen

1. Waar
2. Niet waar

De volgende zinnen gaan over globalisering. Welke is juist?

1. Door globalisering wordt de handel met het buitenland steeds lastiger.
2. Internet heeft het proces van globalisering versneld.
3. Nu we te maken hebben met globalisering wordt de hele wereld een vrijhandelszone.
4. Steeds minder producten of ingrediënten komen uit het buitenland.

Globalisering kan zorgen voor economische groei, maar ook voor werkloosheid.
Daarover gaan de volgende zinnen.
1 Een bedrijf verhuist naar een lagelonenland om goedkoper te produceren.
2 Het wordt voor bedrijven makkelijker om in een ander land te produceren.
3 Nederlandse fabrieksarbeiders verliezen hun baan.
Wat is de juiste volgorde?

1. Globalisering → 1 → 3 → 2 → werkloosheid
2. Globalisering → 2 → 1 → 3 → werkloosheid
3. Globalisering → 3 → 2 → 1 → werkloosheid
4. Globalisering → 2 → 3 → 1 → werkloosheid

Globalisering is een oorzaak van de groeiende welvaartskloof.

Zet de onderstaande woorden in de goede volgorde. Begin met globalisering. Schrijf alleen de cijfers op.

Als je de woorden in de goede volgorde zet, zie je de verklaring van de groeiende welvaartskloof in steekwoorden.

Globalisering

  2 globalisering

 

1 geen of weinig banen

3 meer welvaart in de steden

 4 meer werk in de steden

  5 komst multinationals

 6 groeiende welvaartskloof

 tussen platteland en stad

Waarom importen we?

• Producten zijn goedkoper of van betere kwaliteit.
  
• Bepaalde delfstoffen komen niet in onze bodem voor.
  
• Ons klimaat is niet geschikt.
  
• We willen een ruime keuze hebben.
  

Waarom exporteren we?

• Producten zijn goedkoper of van betere kwaliteit.
  
• Bepaalde delfstoffen komen niet in onze bodem voor.
  
• Ons klimaat is niet geschikt.
  
• We willen een ruime keuze hebben.
  

Open en gesloten economie

• Een land dat veel invoert en uitvoert heeft een open economie.

• Een land dat bijna niet invoert en uitvoert heeft een gesloten economie. 

Handel met het buitenland

• Internationale handel:  producten kopen uit of verkopen aan andere landen
• Wederuitvoer: goederen worden ingevoerd en meteen doorverkocht

Wanneer heeft een land een open economie?

1. weinig import en veel export
2. weinig import en weinig export
3. veel import en weinig export
4. veel import en veel export

Import of export?
"Action" koopt producten uit China

1. Import
2. Export

Import of export?
Ik ben op vakantie in Frankrijk

1. Import
2. Export

Import of export?
DSM verkoopt plastic aan Duitsland

1. Import
2. Export

Welke stellingen over import zijn juist

1. Import zorgt voor extra werkgelegenheid
2. Import zorgt voor hogere prijzen voor de consument
3. Import leidt tot meer keuze voor de consument
4. Import leidt tot meer concurrentie

Opdrachten Internationale Handel

Op It's Learning staan opdrachten klaar die je gaat maken. De uitwerkingen worden ingeleverd op It's Learning.

Provinciaal 

Nationaal 

Internationaal 

Mondiaal