Rantsoen veevoeding niveau 3

Veevoeding Rantsoen maken
1 / 52
suivant
Slide 1: Diapositive
veevoedingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 52 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Veevoeding Rantsoen maken

Slide 1 - Diapositive

Rantsoen zelf berekenen

Filmpje van rantsoen

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Waarom maken we een rantsoen?

Slide 4 - Carte mentale

Welke gegevens heb je nodig voor een rantsoen?

Slide 5 - Carte mentale

Gegevens rantsoen:

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Wat is VEM en waarom heb je dat nodig bij een rantsoen?

Slide 9 - Carte mentale

Voeder Eenheid Melk
Als een product 1100 VEM bevat, betekent dit dat een product 1,1 keer de energie hoeveelheid van 1 kg gerst bevat (of 10% meer energie dan gerst). 
1.000 VEM = 6.9 mega joules per kg product (MJ/kg)

Slide 10 - Diapositive

VEM
De VEM wordt berekend aan de hand van het niveau aan verteerbaar ruw eiwit, verteerbaar organische stof, verteerbare ruwe celstof, verteerbaar ruw vet en verteerbare koolhydraten (suiker, zetmeel, overige koolhydraten). 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Hoe was het ook al weer?
Voer min water en ruwas (zand enz.) is droge stof organisch voer. Dat keer VCOS % (verteringscoëfficiënt) is deel van het voer dat verteerbaar is (pens + darmen) = VOS
Het deel van de VOS dat al in de pens verteerd (dat heet fermenteert) is FOS.
Onbestendig gaat makkelijk kapot in de pens.
Bestendig gaat pas in de darmen kapot.

Slide 13 - Diapositive

VEM
Om 1 kg FPCM (Fat-Protein Correct Milk), melk met 4% vet en 3,3 % eiwit) te maken, heeft een koe ongeveer 460 eenheden VEM nodig.

Een koe die 30 kg melk produceert heeft ongeveer 19.000 VEM nodig. Hiervan is ongeveer 5300 eenheden nodig voor onderhoud, het overige voor de productie van melk.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Rantsoen opstellen
Er zijn een aantal belangrijke streefwaardes voor een optimaal rantsoen. Met deze streefwaardes kan je bewust aan de slag met je melkproductie en de kosten.

FEB = Onbestendig eiwit balans
WDVE = Darmverteerbaareiwit
PSW = (Prik) Structuur waarde

Slide 17 - Diapositive

Herhaling
Een koe moet zoveel mogelijk melk produceren uit energie en niet uit eiwit. Wanneer wel melk wordt geproduceerd uit eiwit dan stijgt het ureum, een indicator voor stikstofbenutting.

Slide 18 - Diapositive

Hoe was het ook al weer?
Om meer melk uit energie te produceren moet er voldoende structuur in het rantsoen aanwezig zijn. Daarnaast moet de energievoorziening op pensniveau (suiker en onbestendig zetmeel) en darmniveau (het bestendige zetmeel) in balans zijn.

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Pak Rantsoenberekening in Excel erbij

Slide 21 - Diapositive

Aan de slag
Het is hierbij aan te raden eerst enkel de ruwvoeders in te voeren. Vervolgens ziet je waar een tekort of overschot ontstaat (bijvoorbeeld voor energie of eiwit).

Slide 22 - Diapositive

S.W=structuurwaarde
Om een maatstaf te hebben voor de bijdrage van het voer aan de stabiliteit (structuurlaag) in
de pens is de StructuurWaarde (SW) ontwikkeld. De SW is gekoppeld aan het ruwe
celstofgehalte. De berekende SW bedraagt bij graskuil circa 1,15% van het ruwe
celstofgehalte. Bij hooi is dat circa 1,25%. 

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

VW=verzadigingswaarde
Aan elk voedermiddel wordt rekenkundig een verzadigingswaarde toegekend. Dit getal wordt gebruikt om de ds-opname bij rantsoenberekeningen te schatten 

Gebruik het voedernormen boekje!

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Als de bespiering van de "broek" van de koe goed is, is de ...... op orde.

Slide 30 - Question ouverte

Als het witte gedeelte van de huid een gele kleuring laat zien is de OEB in het rantsoen te hoog/ te laag? Het witte moet echt wit zijn.

Slide 31 - Question ouverte

Bij een appelvormige pens is de structuur van het rantsoen in orde, bij pensverzuring is er sprake van een peervorm; een uitgezakte pens; Waar of niet waar?

Slide 32 - Question ouverte

Bij voldoende glans op de middenhand en achterhand is het ........gehalte op orde.

Slide 33 - Question ouverte

Heeft een koe voldoende rugvulling (conditiescore), dan zit er genoeg ........ in het rantsoen.

Slide 34 - Question ouverte

Volle hakken geven een tekort aan ...... aan.

Slide 35 - Question ouverte

Kijk naar de rugstand. Bij een rug die omhoog staat is er sprake van een tekort aan .......?

Slide 36 - Question ouverte

Wat is te laag als de neus niet voldoende roze is.

Slide 37 - Question ouverte

Bij een tekort aan wat, zijn scheurtjes te zien in de klauwen?

Slide 38 - Question ouverte

Als er rimpels ter hoogte van het uier op de buitenkant van de poten komt en de huid is stug. Wat is er dan aan de hand?

Slide 39 - Question ouverte

Wat is er als de schoft grauw is en er een rand op de neus is te zien? De koeien zijn vaak ook sloom.

Slide 40 - Question ouverte

Als er een ring om de ogen komt van oudere koeien of een bruin verkleurde vacht bij de pinken; waar is er dan een tekort aan?

Slide 41 - Question ouverte

Bij uitdraaiende poten (koehakkig) en een tekort aan spierkracht (wat ook veroorzaakt kan worden door een energietekort in de koe) is er een tekort aan?

Slide 42 - Question ouverte

5. Wat wordt er dagelijks aan kg voer voor het voerhek gedraaid?

Slide 43 - Question ouverte

6. Hoeveel kg product is er voor elke koe aanwezig voor het voerhek?

Slide 44 - Question ouverte

7. Hoeveel kg AR top start brok en mengbrok SRM is er nodig voor de meetmelkproductie van 40,4 kg?

Slide 45 - Question ouverte

8. Wat kun je vertellen over de energie- en eiwitdekking van dit rantsoen?

Slide 46 - Question ouverte

9. Wat is het lactatiestadium van de gemiddelde koppel?

Slide 47 - Question ouverte

10. Hoeveel kg mm kan er uit ruwvoer gehaald worden op basis van eiwit en energie?

Slide 48 - Question ouverte

Wat hebben jullie vandaag geleerd waar jullie wat mee kunnen in de praktijk?

Slide 49 - Carte mentale

Afsluiting
Vandaag geleerd om een melkveerantsoen te lezen/interpreteren

Maandag toets over onderdeel rantsoen (staat in magister): 
- 10 vragen uit deze les
- Theorie van deze les
- Opdracht jongvee

Slide 50 - Diapositive

Vandaag:

Samenwerkingsopdracht rantsoen
Maken jullie in 4-tallen

Leerdoel: jullie kunnen einde van de les een melkveerantsoen lezen/interpreteren

Maandag 21 februari 3e uur toets rantsoenen + jongvee

Slide 51 - Diapositive

Broekbespiering

Slide 52 - Diapositive