Les 5 Bloedvatenstelstel

5.05 Het bloedvatenstelsel
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

5.05 Het bloedvatenstelsel

Slide 1 - Diapositive

Terugblik

Slide 2 - Diapositive

Sleep de naam naar de juist plek
1
2
3
4
5
linkerboezem
harttussenwand
rechterkamer
rechterboezem
linkerkamer

Slide 3 - Question de remorquage

Sleep de naam naar de juist plek
1
2
3
4
5
Onderste holle ader
Bovenste holle ader
Longslagader
Longader
Aorta

Slide 4 - Question de remorquage

Welke slagader vervoert zuurstofarm bloed?

Slide 5 - Question ouverte

Tekst
Slagaders
Haarvaten
Aders
Gespierde wand
1 cellaag dik
'Dunne' wand, weinig gespierd
Vervoert bloed 
van hart af
Heeft kleppen
Hier is gaswisseling

Slide 6 - Question de remorquage

Wat is waar?
1. Aders: bloeddruk laag
2. Slagaders: dik, stevige, elastische wand
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
1: waar 2: nietwaar
D
1: nietwaar 2: waar

Slide 7 - Quiz

De longader
A
Vervoert zuurstofarm bloed
B
Er bestaat helemaal geen longader
C
Vervoert zuurstofrijk bloed
D
Stroomt van het hart naar de longen

Slide 8 - Quiz

Sleep de naam naar de juist plek
1
2
3
Slagader
Ader
Haarvat

Slide 9 - Question de remorquage

Doel van de les
  • Je kunt de belangrijkste bloedvaten van het bloedvatenstelsel noemen. 
  • Je kunt aangeven hoe welke bloedvaten zuurstofrijk en zuurstofarm bloed bevatten

Slide 10 - Diapositive

Bloedvatenstelsel
  • Elk orgaan krijgt bloed via een slagader
  • Er gaat ook zuurstofarm bloed weer weg via een ader
  • De namen hiervan zijn vanzelfsprekend
  • De poortader is wat anders..

Slide 11 - Diapositive

De lever
  • De lever heeft een slagader en een ader
  • Er zit nog een ader vast aan de lever, de poortader
  • De poortader komt van het darmkanaal af (dunne/dikke darm en maag)

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Aan het (huis)werk
Quayn 3.05 Het bloedvatenstelsel
Lezen? blz 96 t/m 97
 


timer
15:00

Slide 15 - Diapositive

Zin in een quizje?

Slide 16 - Diapositive

Hoe krijgen de nieren
zuurstofrijk bloed?
A
Door de nierader
B
Door de poortader
C
Door de nierslagader
D
Door de nierhaarvaten

Slide 17 - Quiz

Waardoor verdwijnt het bloed
vanuit je arm?
A
Door de armader
B
Door de poortader
C
Door de armslagader
D
Door onderste holle ader

Slide 18 - Quiz

Het bloed neemt koper op uit het voedsel en vervoert het naar de lever.
Het bloedvat dat bloed vanuit de darmen naar de lever vervoert, is in de afbeelding aangegeven met nummer 11. 

Hoe heet dit bloedvat?  
darmslagader
leverader 
leverslagader
poortader

Slide 19 - Question de remorquage

nierader
leverslagader
halsader
leverader
halsslagader
nierslagader

Slide 20 - Question de remorquage


nr 1 en nr 3
A
1. holle ader 3: maagslagader
B
1. aorta 3: leverslagader
C
1. aorta 3: maagader
D
1. holle ader 3: leverader

Slide 21 - Quiz


nr 6 en nr 7
A
6. dikke darmslagader 7: dunne darmslagader
B
6. dikke darmslagader 7: dunne darmader
C
6. dikke darmader 7: dunne darmslagader
D
6. darmslagader 7: darmader

Slide 22 - Quiz


nr 9 en nr 11
A
9. dunne darmader 11: holle ader
B
9. poortader 11: holle ader
C
1. poortader 2: leverader
D
1. leverslagader 2: poortader

Slide 23 - Quiz

Welk bloedvat is een uitzondering
op de naamgeving?
A
Armslagader
B
Nierslagader
C
Poortader
D
Beenader

Slide 24 - Quiz

Welke slagader vervoert
zuurstofarm bloed?
A
Aorta
B
Longslagader
C
Hoofdslagader
D
Kransslagader

Slide 25 - Quiz

Hoe noemen we de grootste lichaamsslagader?
A
longslagader
B
aorta
C
holle ader
D
longader

Slide 26 - Quiz