havo 3 chapitre 5 Introduction

PROGRAMME
  • Les buts
  • Introduction Chapitre 5
Log alvast in op LessonUp
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

PROGRAMME
  • Les buts
  • Introduction Chapitre 5
Log alvast in op LessonUp

Slide 1 - Diapositive

Les buts
R - Ik herken woorden over vrije tijd.
R - Ik herken woorden en zinnen over school. 

Slide 2 - Diapositive

Formidable!
Dit hoofdstuk speelt zich af in Nantes, de geboortestad van schrijver Jules Verne en de stad waar de bekende LU-koekjes Petit écolier en Petit beurre vandaan komen. 
Nantes ligt in het westen van Frankrijk aan de overs van de Loire, op een half uur rijden van de kust. De stad heeft een rijke geschiedenis. En dat is overal terug te zien: van de Château des Ducs de Bretagne in de oude stand tot in de industriële ontwerpen van de Machines de l'Île. Dit zijn bewegende machines zoals de grote olifant. De bouwerken zijn uniek en je mag er zelfs op rijden. Echt spectaculair! 

Slide 3 - Diapositive

Zoek op: Wie was Jules Verne? Waarom is hij bekend?

Slide 4 - Question ouverte

Bekijk foto's van Nantes.
Deel hier een foto die jij mooi vindt.

Slide 5 - Question ouverte

Wij gaan zo twee stukjes 
kijken uit een vlog over 
Les machines de l'île. 
Let goed op:
- welke dieren jij ziet
- hoeveel mensen er op de olifant kunnen meerijden.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

2

Slide 8 - Vidéo

06:05
Hoeveel mensen kunnen er op de olifant meerijden?
A
25
B
50
C
75
D
100

Slide 9 - Quiz

06:54
Welke drie dieren zijn de grote attracties van les machines de l'île?
A
De olifant, de draak en de panther
B
De olifant, de draak en het paard
C
De olifant, de draak en de spin
D
De olifant, de draak en de krokodil

Slide 10 - Quiz

Stel je voor dat jij een dagje in Nantes bent, wat zou jij dan het liefst bezoeken?

Slide 11 - Sondage

Au travail
Vocabulaire
Fais les excercices 2 et 3.

Exercice 2 = vocabulaire sur les passe-temps
Exercice 3 = vocabulaire de classe

Klaar?
Oefen dan met de nieuwe vocabulaire:
https://quizlet.com/_5wfr8z?x=1jqt&i=1fpsze

Slide 12 - Diapositive

Exit ticket
Zo gingen de vocabulaireopdrachten bij mij:
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Sondage

Devoirs
Apprendre: vocabulaire A

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Lien